Diamant.
Dan zit ge daar, op de dag dat het eigenlijk groot feest zou zijn. Ze zijn diamant vandaag, en dat zou gevierd worden, met luister, toeters, bellen. Veel mensen en eten en gelach.
Maar ondertussen is hij ziek, en zij heel moe. Moe van oud zijn en al zeven maand elke dag op en af naar de ziektefabriek.
Ge zit daar niet alleen, natuurlijk. De rest is er ook. Degenen van wie ge de laatste zeven maand hebt gevoeld hoe sterk bloedbanden kunnen zijn. Samen hebt ge gezorgd, al die tijd. Geregeld en georganiseerd, alle google spreadsheets nog aan toe. Getroost en gesteund. En vanavond drinkt ge champagne en eet ge boudoirkes. In zijn kamer op die afdeling waar ze ook een hond hebben en vogeltjes en een living en koffie voor het bezoek. Op die afdeling met veel warme mensen en weinig dokters. Ge drinkt champagne, tot hij bloost tot achter zijn oren en iedereen het warm heeft. Ge drinkt champagne, want ondanks het verdriet is het vooral ook feest vandaag. Diamanten feest. En familiefeest.
Ik was daar ook vandaag, toevallig, om de sputterende printer te bekijken en in het passeren het draadloos netwerk te testen. Maar dat verzinkt in het niets bij het bovenstaande, bij het lezen van deze post ben ik dan weer bovenal verpleegkundige.
Veel sterkte!
ik voel zo de tristesse in het geschrevene. Mooi geschreven.
En toch was ‘t een mooie avond en ben ik wel zeker dat ze er ondanks alles van genoten hebben ! De dankbaarheid voor alle mensen van de afdeling : niet in woorden te vatten !
Schoon. Effenaf.