Alles van waarde.
Lien vraagt in de commentaren of ik echt mijn mosterd voor de tagline van dit weblog niet van de gevel van Trefpunt heb gehaald.
Bij deze: cross my heart, neen.
Ooit, in ver vervlogen tijden, toen de dieren nog konden spreken, heb ik college gelopen aan de Blandijnberg. Germaanse Filologie, heette dat doen en Nederlandse letterkunde was een belangrijke vak. Bovendien was Lucebert een belangrijk dichter. En is het gedicht waaruit deze regel komt één van zijn bekendste. Ik kende het vers dus al een hele tijd.
Ik vond het bijzonder mooi, bovendien. Het stond in mijn cursus aangekruist met een uitroepteken ernaast. Ik schreef het vaak neer en gebruikte het in conversaties. Ik was een beetje een intellectuele trut, in die tijd.
Dat intellectuele is er ondertussen wat uitgegroeid, maar de regel is gebleven: in mijn vorige huis stond “Alles van waarde is weerloos” onderaan mijn badkamerspiegel geschreven, op een zelfgemaakte sticker.
Tot slot werd het vers in kwestie ooit een keer met alcoholstift op mijn buik geschreven terwijl ik lag te slapen, door een vriend in een poëtische bui. Dat was vreemd, toen ik later die ochtend mijn pyjama uitdeed om te douchen en opeens een gedicht bleek te hebben op mijn vel. Zeer grappig, dat wel. Maar ook een beetje vreemd.
Ja, ik geloof u wel zulle. Wel grappig, gij die toch menige avond aan Sint-Jacobs en al rondzwerft pakweg op de Gentse Feesten, maar ook gewoon in het jaar… Hi! 🙂