De ontembare vrouw
Er zijn zo van die lesgevers waar je, jaren na het afstuderen, nog steeds af en toe aan terugdenkt. Omdat ze fantastisch les konden geven, omdat de materie die ze behandelden zo interessant was, of gewoon omdat het fijne mensen waren.
Dat heb ik dus met Dhr. Bienstman. Deze meneer was lector didactiek, sociale agogiek en godsdienst op de lerarenopleiding toen ik er studeerde. Ik weet niet of hij nu nog werkt, maar ik denk alleszins nog af en toe glimlachend terug aan zijn lessen.
Wat hem zo uniek maakte was de combinatie van gedrevenheid, wijsheid en absolute geschiftheid.
Dit is de kleine mollige man die in de eerste les godsdienst van het academiejaar eerst vijf minuten zweeg en vervolgens brulde : “beste studenten. GOD IS WILD”.
Dit is de lector die oliebollen beloofde bij een correct antwoord op een moeilijke vraag, die een krijtje tegen je hoofd gooide als je zat weg te dommelen en die met uitgestreken en geïnteresseerd gezicht om een motivatie vroeg toen een student beweerde dat De Heideroosjes een sprituele betekenis in zich hadden.
Het mooist waren de lessen godsdienst waar hij het had over “De vrouw” en “De man”. Elk van deze interessante studieobjecten waren een semester lang onderwerp van discussie en de lessen waren opgebouwd rond sprookjes of mythen. Bienstman vertelde honderuit over De Wildeman en Blauwbaard, over de symbolische functie ervan en gaf ons terloops een boel levenswijsheid mee.
Blauwbaard, het sprookje waarmee hij De Vrouw analyseerde, las hij voor uit een boek dat De Ontembare Vrouw heet. Het exemplaar dat hij meebracht naar school was van zijn eigen madam en was -zoals dat heet- stukgelezen. Beduimeld, half in flarden en vol aantekeningen. Vrouwlief had dan ook gezegd “je gaat dat vuile boek toch niet meenemen naar school? Je studenten gaan ook wel een slecht gedacht krijgen van mij…”, zo vertelde Bienstman in het begin van de les.
Hij had het toch meegenomen, zei hij, en hij had er bij gedacht:
“Integendeel vrouw, ik neem het mee om jou te eren.”
Wij allemaal vertederd, natuurlijk.
Zaterdag, 7 jaar na datum, zag ik tot mijn verbazing een nieuwe uitgave van De Ontembare Vrouw liggen in de Fnac.
Ik heb het gekocht en nu ligt het op de salontafel te glunderen. En af en toe lees ik daar dan een stukje in.
Want wie wil er nu niet ontembaar zijn?
Heel mooi!
(Ontembaar doet mij dan weer denken aan “De Getemde Feeks” in een regie van Dirk Tanghe in de Groene Zaal van Sint-Bavo.)
Tuurlijk willen we allemaal ontembaar zijn. Ik heb net het voorwoord uit van dit boek, dat ik van een vriendin voor mijn verjaardag heb gekregen… En ik heb het gevoel dat ik er veel plezier aan ga beleven. Alleen het voorwoord heeft mij al enorm geinspireerd.