werk

werk

De laatste.

Getallen die voorbij zijn.

Drie. Aantal examenweken.
96. Aantal mondelinge examens.
106. Aantal schriftelijke examens.
89. Aantal praktijkexamens.

Vandaag hebben de laatste 25 studenten hun eerste zittijd bij mij afgelegd. Ik ben best trots, want die 25 zijn de enige examens die ik nog moet verbeteren, en dat betekent dat ik de afgelopen weken zeer flink ben geweest: netjes alles gecorrigeerd op het moment dat het binnenkwam en gestaag doorgewerkt, zonder pauzedagen en uitgaan.

Nu nog die 25 dus, dan punten ingeven maandag, dan delibereren, proclameren, feedback geven, tweede zits opstellen en de planning voor volgend academiejaar opstellen. En dan, op 6 juli, ga ik vijf weken met vakantie. Wahey.

werk

Het leven zoals het is: juni.

Gisteren was er een feestje. Het stond al maanden in mijn agenda en le tout gand zou er zijn. Leuke mensen van het project, leuke mensen van daarbuiten: ik had er bijzonder naar uitgekeken. Utopie.

Het was 23h gisterenavond toen lief en ik opkeken van onze stapels examens, elk aan een kant van de livingtafel. Naast examenkopijen is die tafel bezaaid met papiertjes van koekjes, pennen, een kan water, koffiekoppen, glazen, rekenmachines en verbetersleutels. We hebben eens gezucht, onszelf een porto uitgeschonken en hebben buiten op het terras een sigaret gerookt. Daarna zijn we gaan slapen, allebei met een vol hoofd en een leeg lijf. Moegezeten, stram in de rug van de hele dag dezelfde houding.
Het is negen uur zaterdagochtend en ik zit weer achter mijn stapel. Nog een massa te gaan, nog veel koffies nodig om terug alert te worden.

Examens zijn het ergst voor studenten, dat spreekt. Maar echt aangenaam is het voor ons precies ook niet.

werk

Lood.

Ik sta — as we speak — vooraan in de klas aan een hoge tafel. Als ik opkijk zie ik zes geconcentreerde gezichten, elk achter een computerscherm. Ze maken examen en bereiden het mondeling voor. Als er eentje buitengaat, komt de volgende binnen. Studente na studente (het zijn allemaal meisjes, vandaag), examen na examen.

Dit zijn de dagen dat ik op mijn scherpst ben. Vanmorgen opgestaan om kwart na zes, om rustig te ontbijten, lunch klaar te maken (soms is het doorwerken op de middag), ijsgekoelde aquarius in te pakken en alles nog eens te overlopen. Alle bestanden getest, alle fiches klaargelegd, de computers opgestart. Het is belangrijk dat ik daar tijd voor neem, en dan voor het eerste examen nog een kop koffie kan drinken: als alles pas op het laatste moment in orde is, dan ben ik gestresseerd. Een halve autist, bij momenten. Mijn stress zet dan over op studenten: ze pikken die vibraties op. En met een zenuwachtige student kunt ge niks aanvangen, neem dat van mij aan: het wordt moeilijk om in te schatten dan of ze het kunnen, als ze te veel zenuwen hebben. Dus probeer ik zo zen mogelijk te zijn. In combinatie met vreselijk alert, want luisteren naar mondelinge examens dat is slopend en intensief.

Nog vijf weken en het is vakantie. En als ik kijk naar de vermoeide gezichten voor me en voel hoe mijn eigen lijf en hoofd pijn doet en protesteert, de laatste tijd, dan zal dat geen moment te vroeg zijn.

werk

Eindwerk.

Eindwerken zijn wijs, vind ik. 350 pagina’s hart en ziel van mensen die bijna afgestudeerd zijn. Het proeft naar einde van het academiejaar, naar einde van een periode in hun leven. Het onthult glimpen van wat voor volwassenen deze jonge wolven gaan worden. Het toont vaak visie en doorzicht en hard werk, en als lector van die mensen zeg ik u: dat is zo leuk om te lezen, u heeft daar geen gedacht van.

Het is bovendien het eerste jaar dat ik eindwerken lees van mensen die ik al de hele opleiding ken en dat maakt het extra leuk: een eindwerk is een groepswerk bij ons, en ik kan bij deze groep zo uit de tekst halen wie wat heeft geschreven.

Ik mag vanzelfsprekend niets zeggen over het resultaat en wat ik ervan vind, hier. Wie weet wie er allemaal meeleest, op het interwebs. Donderdag beginnen de verdedigingen. Spannend!

Ja! werk

Bron.

Ik ben kapot. Gisteren was zwaar, maar goed. Vandaag was vroeg, verschrikkelijk interessant, maar zeer intensief.
Zoals een studiedag hoort te zijn. Deze ochtend gaf mijn lieve collega zelf een presentatie over ons eigen project, vanmiddag een aangename lunch, en daarna in een verduisterde zaal geluisterd naar de uiterst aangename verteller Robby Ceiren Cleiren (De Roovers), die voorlas bij een video getiteld “Iets van Tolstoj”.

Het hoogtepunt van de dag kwam echter daarna, met Paul Bottelberghs. De gedrevenheid waarmee die man praat en de visie op multimedia en onderwijs die hij heeft: meeslepend, boeiend, verfrissend, gedurfd. Ik heb daar echt met volle teugen van genoten. En het is een bron van inspiratie voor de komende jaren.

Maar eerst een tukje en nog wat verbeteren.