Koop ze, voor uw kinders.
Dat de flonkerende luchter
vol beenderscherven hing
alsof het heelal erin samengezogen werd
en dat die luchter daarna ongezien wegzeilde.
Dat ik vertraagd neerviel
op mijn schaduw alsof ik plaatsnam
in de stroperige bloedsomloop
van een nacht, terwijl een donkere omhelzing begon.
Dat ik ze in mij voelde wemelen,
mijn witte bloedlichaampjes
waarna ze op hun beurt gingen liggen
rond de deeltjes angst en die verteerden
of tenminste deden alsof.
Dat de kamer in mijn pupillen aan het zwemmen ging
alsof het blauw uit de muren bleef stromen
omdat het zich boven mij wilde sluiten
als een veelarmige vrouw.
Niets ervan is mij ontgaan.
Niets heeft mij geholpen of niet geholpen.
Ik kan mijn voorhoofd tegen de muur leggen zonder die muur on-
middellijk met mijn voorhoofd te moeten slaan.
Zonder veren uit mijn armen te voelen schieten
kan ik naar het plafond kijken. Nachtenlang.
En soms, op dagen dat ik door niets of niemand werd bezocht,
doet dit traag uitdijende plafond mij zelfs alle pijn
en dus mezelf
vergeten.
Op die dagen is het dat ik in de blauwe kamer
onophoudelijk in die stroperige lucht
het woord geluk zit te schrijven.
Peter Verhelst
Gedichtendag, vandaag. Zoals ieder jaar.
Vandaag was een dag van zelfoverwinning. Ik ben vandaag namelijk lid geworden van de bib, de grote op de Zuid. Stelt u voor.
Ik zat niet meer in het bestand, zo vorig millennium was mijn lidmaatschap van voorheen. In het vorig millennium, toen werden de lidkaarten nog door een lamineermachine getrokken, nu werd de big brother-chip op mijn IDCard gelezen en kreeg ik een bankkaart/lezerspas. Ik weet nog dat ik dat met die lamineermachine in de jaren negentig indrukwekkend vond, want bij ons in het dorp werden er datumstempels op beduimelde kartonnen kaarten gezet. Ieder jaar een ander kleur. Verwarmde plastiek, daar deden wij op den boerenbuiten nog niet aan mee.
Enfin, de vooruitgang staat niet stil zo blijkt, ook niet in het bibliotheekwezen: ik heb dingen ontleend, en ik moest niet aanschuiven aan een balie om daar bediend te worden door een mevrouw die met haar ogen rolt als ge te traag uw boeken op de toonbank legt/uw lidkaart niet gereed hebt/een lelijke trui aanhebt. Neen jong, in de bibliotheek in Gent moogt ge alles zelf doen. Inscannen aan een computer met een rode laser die groen wordt als ge het goed hebt gedaan. De overwinning van vijf keer groen licht, het maakte me zowaar vrolijk. Ik heb for old times sake dan maar zelf eens met mijn ogen gerold omdat ik mijn net aangeschafte ledenpas niet terugvond in de rommelbak die ik een handtas durf te noemen.
Maar de bib dus. Voor u denkt dat ik geheel wereldvreemd ben: vroeger, voor ik geld van mijn eigen had, kwam ik daar wel eens. Van zodra ik beginnen werken ben niet meer: boeken, dat is iets om te kopen. Ik kriebel in boeken, ik wil dingen kunnen opzoeken, heropzoeken, lezen en herlezen. En in bibliotheekboeken moogt ge niet schrijven en ge moet die ook terugbrengen na een tijdje. Afscheid nemen van een goed boek, hoe hartverscheurend is dat niet zeg.
Aniehoew. Ik heb mij daarover gezet vandaag. Ik had CD-roms nodig over kleuters, en ik ben bovendien tegenwoordig nieuwsgierig naar opvoedboeken. Die kosten stukken van mensen, ik koop dat dan en na een half uur denk ik: oh, vlieg op met uw groeisprongen jong. En dan ligt dat boek daar. De bib dan maar.
Probleem is echter dat ik mij net heb gerealiseerd dat er nog een andere reden was waarom ik niet naar de bibliotheek ging. Die boeken é — wait for it — andere mensen zijn daar al aangeweest.
* ik laat dit even bezinken, zodat u mee kunt gaan in mijn gevoelstoestand op dit moment *
Andere mensen. Mensen die ik niet ken. Mensen die misschien nooit hun handen wassen. Die hebben dat boek aangeraakt dat ik nu aan het lezen ben. Misschien zelfs terwijl ze op het toilet zaten. Met hun ongewassen handen.
Stelt u voor.
Tweede serie boeken: alles wat over het kleine grut in mijn buik gaat, aangezien Pietel een boek wil schrijven.
* It Sucked and then I Cried – Heather B. Armstrong – Het boek van de onnavolgbaar grappige blogster dooce. Een absolute aanrader voor elke zwangere of bevallene die het hele concept van zwangerschap toch niet zo tofkes vindt als eerst gedacht. Wie echter twijfelt over kinderen of niet: step away from the book, want na het lezen zou het wel eens kunnen dat u de koters nog een paar (tientallen) jaren uitstelt. Dooce is een drama-queen, inderdaad, maar wel een bijzonder grappige. Zo grappig dat ik gestopt ben dit boek in het openbaar te lezen omdat mensen zeer raar staarden naar het meiske met de dikke buik die onbedaarlijk zat te lachen in haar strandstoel.
Ze hebben hem bij Proxis.
* Voor vaderdag heb ik voor de toekomstige vader een boekje gekocht op het interweb, dochters, dat best grappig is. Hij heeft nu doorzicht in My little Pony en vlechtjes leggen. Ik vind het vooral een leutig boekske om in te bladeren
* Beatrijs Smulders – veilig zwanger en veilig door de kraamtijd. De baby-boeken, jawel. Ik ben ook begonnen in “Oei ik groei” en die heb ik snel weggegooid wegens ik erger me aan de generalisaties en het instructiegedoe. Mijn mening: begrijp en gij zult weten wat te doen. Ik hou me dus bij kohnstamm. Edoch: ik ben een flauwe trees als het op pijntjes en gedoe dat ik niet onder controle heb aankomt, dus een boek over gezondheid en het zwanger zijn en bevallen: helegans mijn meug. Hoewel ik het tweede wel door de trein heb gekeild toen Smulders beweerde dat kindjes tot twee jaar bij hun ouders op de kamer horen te slapen, en vanaf vier maand zelfs bij voorkeur in hetzelfde bed. Hollanders, ge kunt daar niet aan uit jong.
Lief is trouwens as we speak het boek over de kraamtijd aan het lezen en hij rolt heel wetenschappelijk om de vijf minuten verontwaardigd met zijn ogen. Blijkbaar staat er toch het één en ander in dat niet helegans klopt.
Sinds wij naar spanje trokken, dik zes weken geleden, ben ik precies weer in een leeskramp geschoten zoals ik er de laatste jaren nog maar weinig heb gekend. Boek na boek na boek wordt erdoor gedraaid. En misschien interesseert het u wel, wat ik ervan vond, van al die boeken. Misschien ook niet, maar hey: u hoeft niet verder te lezen, natuurlijk.
Deel 1 – de vakantieboeken.
* Mr. Toppit – Charles Elton – je kan niet anders dan aan Harry Potter denken onder het lezen, hoewel het dus geen Harry Potter-verhaal is, maar het verhaal van de schrijver van een soortgelijk boek. Over beroemd zijn en over drugs en al. Ik heb dat heel graag gelezen, op de TGV naar het Zuiden.
review op cutting edge
* Het is de liefde die we niet begrijpen – Bart Moeyaert – op reis lees ik elke keer dit boek. Omdat het zo’n mooie titel heeft en net lang genoeg is voor een treinritje van een uur of twee. En ik heb al mijn hele leven een crush op Bart Moeyaert, dat ook.
* Meneer Pip – Lloyd Jones nog een meneer, jawel, ik had behoefte aan een rode draad blijkbaar. Een zeer aangrijpend boek, dit, over de kracht van verbeelding, een burgeroorlog en Great Expectations van Dickens. Mooi!
* Robert Vuijsje – Alleen maar nette mensen. De winnaar van de Gouden Uil. Mensen Die Er Iets Van Kennen vonden dit dus een uitstekend boek. Ik vond er niks aan en heb een ergernistrip van een halve dag gehad dankzij dit boek. Uitgelezen, dat wel, want een mens wil graag weten waarom het boek heeft gewonnen, en stel dat het in de tweede helft, vierde kwart, laatste hoofdstuk plots geniaal blijkt te zijn en we hebben het gemist. Niet dus. Maar laat u dat niet tegenhouden, natuurlijk: het is een namiddagje lezen en daarna kunt u meeklappen met de culturele elite en ook een Grote Mening hebben.
Recensie op cuttingedge.
Morgen: boeken over zwangerschap, bevallen en kinders opvoeden! Ik durf wedden dat u nauwelijks kunt wachten.