Ik ben er ooit eens mee begonnen, maar wegens te omslachtig mee gestopt. Altijd maar die foto’s overzetten, die kodak meesleuren: niks voor mij. Terwijl het zo’n cool gegeven is, eigenlijk: 365 dagen elke dag een foto posten. Maar! Nu! Heb! Ik! Een! Supergsm!
(het werd al eens gevraagd in de commentaren, dus voor uw nieuwsgierigheid: dezen.)
En aangezien ik nu vlotjes mooie foto’s kan nemen en die in één beweging kan opladen op Flickr, zijn al mijn bezwaren weggevallen en is er geen ontkomen aan: ik doe een Project 365. Vandaag is dag drie, en de set vindt u hier.
Of hieronder, natuurlijk.
Lieve Mira
het wordt lente! Echt waar! ‘s Ochtends, als jij om kwart voor zeven onze dag begint, dan is de nacht al bijna voorbij, tegenwoordig. Er moet maar één lamp meer aan in de woonkamer en de vogels buiten fluiten alsof hun leven ervan afhangt. De weekends deze maand waren warm ingeduffeld lange wandelingen maken (waarbij jij voornamelijk oog hebt voor stenen langs het pad, maar goed) en we hebben er zelfs al een paar uur in het park en de speeltuin opzitten.
Ik verlang zo heftig naar het echte losbarsten van de lente, want we moeten echt naar buiten kunnen, dringend. Je bent zo groot geworden dat ons huis soms te klein voor je wordt. Rustige dagen thuis, met alleen je speelgoed en ons: het is niet meer genoeg. En dat merken we dan, omdat je keihard de peuter uithangt. Drama, tranen, lastig hangen aan mijn benen, het hoort er allemaal bij tegenwoordig. Als er andere mensen bijzijn, of we maken een uitstapje, dan is alles cool. Maar thuis, bij mij alleen kan het soms heel lastig zijn: het ene moment ben je supervrolijk, het volgende moment hysterisch. De aanleiding kan heel klein zijn: je mag niet nog een koekje, je moet je jas aan, je mag de kat niet slaan. Of ik heb een vod vast en jij niet en je wilt net die vod heel graag. Niet een vod, maar precies die vod.
Ik kies mijn gevechten zorgvuldig. Maak weinig drama en probeer consequent te zijn. En sommige dingen laat ik je gewoon zelf ondervinden. Dat een ski-pak in huis best warm is, en niet zo heel comfortabel bijvoorbeeld. Je hebt er niet meer naar gevraagd, na die ene voormiddag dat je het per sé aanmoest om met je boerderij te spelen, dus ik maak mezelf wijs dat mijn strategie werkt. Laat me in mijn onwetendheid.
Ik heb soms compassie met je onmacht. Je geraakt bij momenten in een soort net verstrikt waarbij je moet hetzelfde mantra tot in het oneindige herhalen. Jas uit jas uit jas uit jas uit jas uit. Soms raak je er precies niet uit. Ik probeer je dan ook manieren te leren om zelf met je heftige emoties om te gaan. We zingen veel, en sinds ik een paar keer in de hitte van de crisis heb gezegd: “MIRA! Als het niet lukt, zing dan een liedje”, hoor ik je soms door je tranen heen “ABC, kopje thee” murmelen. Ik hoop dat het helpt, schatje.
Eerder deze maand had ik je haar in twee staartjes gedaan. Je bent een echt meisjemeisje en vraagt daar zelf naar, waarna je bewonderend naar jezelf zwaait in de spiegel en Mira Mooooooooi roept.
Complimenten doen je groeien, meiske. Complimenten over hoe knap je bent, of over hoe goed je iets gedaan hebt, je glundert helemaal dan.
Die staartjes, die vond je mooi, maar het is bij één keer gebleven. Nadat je vader een foto had gezien, heeft hij me laten beloven dat voorlopig niet meer te doen. De exacte woorden waren: “ge hebt er een bijna-kleuter van gemaakt. ik ben daar nog niet klaar voor.” Ik laat je wilde manen dus met rust, maar zie je ook zonder staartjes onafwendbaar groter worden. Ik verzwijg het voor je papa, maar je groeit als kool.
Gelukkig maar, want ik ben soms bezorgd. Eten, dat doe je nog steeds niet zo goed, namelijk. En ik durf niet zo goed naar de befaamde curves te kijken in het boekje van kind en gezin dat ik gemakkelijkheidshalve volledig negeer. Ik probeer mezelf voor te houden dat alles in orde is: dat je zo goed ontwikkelt, motorisch, emotioneel en verstandelijk, dat het helemaal niet zo erg is dat je niet zo’n grote eter bent. En je weegt misschien maar tien kilo, maar het is wel tien kilo puur geluk en levenslust. Dat scheelt.
zoen
je mama
Maand 1 – Maand 2 – Maand 3 – Maand 4 – Maand 5 – Maand 6 – Maand 7 – Maand 8 – Maand 9 – Maand 10 – Maand 11 – Jaar 1 – Jaar 1, maand 1 – Jaar 1, maand 2 Jaar 1, maand 3 – Jaar 1, maand 4 – Jaar 1, maand 5 Jaar 1, maand 6
Lieve Mira
wat ga je hard, lieve Mira. Ik betrap mezelf erop dat ik soms nog aan je vader vraag: wil jij de baby efkes haar jas aandoen?, terwijl dat heel fout is. Gewoonte, natuurlijk, maar je bent dus echt geen baby meer. Een meisje dat zinnen maakt met verschillende woorden, dat woorden van drie (DRIE!) lettergrepen zegt, dat antwoordt met slaapwel mama als ik slaapwel mira zeg: geen baby meer. Soms wil je het nog, net zoals ik het wil. Dan kom je op mijn schoot liggen en zeg je Mira baby, en dan moet ik je wiegen alsof je nog heel klein bent.
Je bent minder tegendraads tegenwoordig dan de vorige maand. Af en toe heb je een uitbarsting, en die is heviger dan ooit tevoren — deze week liep je op straat met mijn sleutels te spelen, en ik had ze afgepakt wegens riool en anders niet binnenkunnen. Je was hoegenaamd niet akkoord en we hadden een peutermoment uit de filmpjes, wij samen. Je tierde, ging op de stoep zitten, sloeg naar me toen ik je oppakte, spartelde tot thuis, trok aan mijn haar, weigerde thuis je jas uit te doen en wilde weer naar buiten. Je keelde alsof ik je net zwaar mishandeld had en je hebt vervolgens bijna 20 minuten aan de voordeur staan gillen. Ik heb de deur op slot gedaan, zodat je zeker niet de straat opkon, en ben dan maar mijn mails gaan lezen. Na 20 minuten kwam je snikkend de woonkamer binnen en fluisterde “jasje uit?”. Waarna we samen in de zetel gaan zitten zijn, geknuffeld hebben en weer vriend geworden zijn. Mama vs. peutercrisis 1-0. Ha.
Maar behalve die sporadische hevige buien ben je uiterst charmant en veel beter handelbaar dan de periode daarvoor. Niet meer consequent koppig, niet meer dwars omwille van het dwars zijn alleen. Ik vermoed dat het onder andere te maken heeft met het concept straks en eerst dat begint door te dringen. We kunnen onderhandelen nu, en je begint dat duidelijk te vatten. Daarnaast ben je gewoon ook veel verbaler geworden en kan je goed laten weten wat er scheelt. En dat scheelt vooral in hysterie, zo blijkt.
Je bent een grief om in huis te hebben. Niet alleen ben je uiterst vermakelijk op elk moment van de dag, je helpt nu ook echt. Je helpt al je hele jonge leven mee met klusjes, want dat is één van de weinige pedagogische principes die ik aanhang. Maar we gaan daar eerlijk in zijn: tot nog toe was jouw helpen vooral een bron van meer werk om de rommel weer op te kuisen achteraf. Maar! Dat is nu anders! Mijn maandenlange investering begint vruchten af te werpen. Je ging gisteren bijvoorbeeld de krant uit de bus halen, toen we beneden kwamen. Handig, en ik hoef niet te bukken. En je kan het bestek van de vaatwas in de besteklade leggen, je helpt de tafel dekken, kan jezelf al behoorlijk uitkleden en het best van al: je kuist zelf je tafel af na het eten, met een schotelvod.
Kuisen is één van je favoriete bezigheden, en hoewel we niet weten waar je het vandaan haalt is het gedrag dat wij hier dus wel stimuleren: als jij er blij van wordt, en er wordt meteen een leemte in ons huishouden opgevuld, wat zouden we je tegenhouden?
Andere favoriete bezigheden deze maand: puzzelen, tekenen, boeken lezen, stickers op het raam kleven (nog steeds, ja) en doen alsof. Doen alsof je pippo-beer je baby is, doen alsof je slaapt, doen alsof je pijn hebt om je zin te krijgen, doen alsof je niet weet waar je die blok hebt verstopt (het is altijd onder je trui. ik doe ook altijd alsof ik dat nog niet weet, natuurlijk). En doen alsof je bijna volwassen bent, met een handtas, een ketting en een hoed. You are not fooling me, child, je bent mijn baby en daarmee uit.
zoen
je mama
Maand 1 – Maand 2 – Maand 3 – Maand 4 – Maand 5 – Maand 6 – Maand 7 – Maand 8 – Maand 9 – Maand 10 – Maand 11 – Jaar 1 – Jaar 1, maand 1 – Jaar 1, maand 2 Jaar 1, maand 3 – Jaar 1, maand 4 – Jaar 1, maand 5
Pieter, ooit een pietelke op het interweb, overweegt briefkes te steken om een huis te vinden. Ofdat iemand daar ervaring mee heeft? Jawel, Pietelke, jawel.
… Januari 2007, aan de telefoon.
– Er zijn andere mensen die 100.000 euro meer geboden hebben. Willen jullie daarboven gaan?
– Euhm. neen. Aangezien wij geen boomke op ons dakterras hebben staan waar briefjes van 500 euro aan groeien, gaan we passen en al.
… Een week eerder.
we steken een briefke binnen met daarop een bod van 200.000 euro. Hoewel dat, met de kosten die Tijl voor ons heeft berekend, boven het budget is. We zijn verliefd op het huis, dus wat zou het.
… Nog een week eerder
we lopen met ouders en Tijl, die schatter en architect is, door ons droomhuis. Ja, het is een bodemloze put van grote kosten, maar man wat een ruimtes. En wat een tuin. En aan het water in het centrum van Gent. Ik zie mijn vader bedenkelijk naar mijn schoonvader kijken, maar besluit die blikken te negeren.
… Ergens tussen kerst en nieuwjaar, dus een paar dagen voordien
We zijn in Rotterdam, eten te pikante eiers bij de Indiër met Frank Sumatra. Plots krijg ik een sms van een onbekend nummer.
“Mijn moeder is gisteren overleden. U mag bellen voor een afspraak”
Het duurt even tot het doordringt waarover het gaat.
… Zes maand eerder
Na de rondleiding.
– Ja, wij vinden het een mooi huis. We zijn wel geïnteresseerd.
– Mja. Het probleem is dat het nu nog niet vrij is. Enfin, het komt wel vrij. Mijn moeder ligt in het ziekenhuis en dat gaat niet zo goed. Maar binnen dit en een paar maanden kan er dus wel verkocht worden.
Owkey. Big up for the most loving son in the universe!
… Een paar weken daarvoor
We steken een briefke in de bus van alle huizen in de wijken waar we willen wonen. Kwestie van de immo-sites voor te zijn voor één keer. Een dag later krijgen we al telefoon over een huis.
Lieve Mira
Deze avond stond je na het eten — jij was al klaar, had je bavet uitgedaan en spelen! geroepen, wij zaten nog aan tafel — in het midden van de living en deed een paar wilde gebaren. Slaan op je hoofd, dan door je knieën gaan en je voeten aanraken. En dan opnieuw. Het duurde even voor we wisten wat je aan het doen was, tot we plots doorhadden dat je een eigen interpretatie van hoofd-schouders-knie-en-teen ten berde bracht. Toen we het liedje zongen en meededen kon je je pret niet op. Om dan vervolgens, toen wij weer verder aten aan tafel heel dwingend je kleine wijsvinger eerst links van je op de vloer te zetten en mamamamamama te roepen, en dan hetzelfde rechts met papapapapapa erbij. Om dan naar ons te kijken en NOGNOG te gillen. Hoe zouden we het je kunnen weigeren, kind?
Het is een emotionele maand geweest, deze. Vrienden dicht bij ons hebben een kindje verloren, en dat werkt heel erg op me. Ik ben zo verdrietig, en tegelijk zo dankbaar. Dankbaar dat jij het zo goed doet, en zo on top of the world bent. Als ik denk aan wat onze vrienden is overkomen, dan wil ik naar boven rennen, naar je bed waar je ligt te slapen en je heel hard vasthouden. Als het wat minder gaat, als je de peuter uithangt en me het bloed vanonder de nagels haalt, dan denk ik: oh, als het dat maar is. Ik denk dat vaak tegenwoordig, want mijn kind: wat kan je het uithangen de laatste weken. Je kan doordrammen als je iets wilt, tot in het oneindige. Je bent ontzettend koppig als je iets niet wilt, tot in het hysterische. En je weet tegenwoordig ontzettend goed wat je wilt en wat niet. Maar als het dat maar is, inderdaad.
Je wordt ook steeds verbaler, en dat is behoorlijk indrukwekkend. Je benoemt alles om je heen, en nu wij ruim twee weken constant bij jou zijn geweest, begrijpen we ook steeds beter wat je bedoelt. Communication is no longer an issue in our home.
We zijn op reis geweest, met jou. Nog eens een weekje weg. Ik denk niet dat je je de zomer in Frankrijk nog herinnert, dus het blijft nog een paar jaar telkens je eerste reis als we ergens heengaan. Toen we aankwamen in de chalet, daar in de ardennen, was je onmiddellijk enthousiast. Kasten! Met knoppen! Die ge kunt opendoen! Niet van die vervelende greeploze zoals thuis! Je hebt de fase die je hier thuis noodgedwongen hebt overgeslagen die eerste dag ruim goedgemaakt en ik heb die eerste dag tientallen keren het servies weer in de kast geladen. En toen hebben we de kasten op slot gedaan en de sleutel erbovenop gelegd. Ha.
De eerste nacht daar heb je me de hele nacht wakker gehouden. Ik dacht aanstellerij, wegens geen koorts en geen honger, maar ‘s ochtends bleek waarom: dubbele ooronsteking. Alweer. Het is de vijfde of de zesde dit schooljaar, ik ben de tel ondertussen kwijt. En dus hebben we het onvermijdelijke gedaan: dinsdag gaan we naar de neus-keel-oor-dokter. Ik word nu al bang omdat ik voel dat hij buisjes gaat voorstellen en ik kan de gedachte van jou en narcose en angstig wakkerworden niet verdragen. Want misschien kan ik je niet troosten, en man wat haat ik het als ik je niet kan troosten.
Je bent al groot, ik weet het wel, je toont het elke minuut van de dag. Als je persé zelf wilt eten, helemaal alleen. Als je persé op een grote stoel wilt zitten. Als je persé zelf wilt stappen in plaats van in de buggy te zitten. Als je persé op een bankje wilt staan om mee af te wassen. Als je persé wilt beslissen welke tandenborstel je gaat gebruiken en dat -natuurlijk- niet die kleine kindertandenborstel is. Ik weet het. Maar als je ‘s avonds, na je fles, tegen me aankruipt en over mijn gezicht of hand wrijft, dan voel ik hoe klein je nog bent. En dat het nog heel lang gaat duren voor je groot genoeg bent om mijn troost niet nodig te hebben.
Het is goed zo.
zoen
je mama.
Maand 1 – Maand 2 – Maand 3 – Maand 4 – Maand 5 – Maand 6 – Maand 7 – Maand 8 – Maand 9 – Maand 10 – Maand 11 – Jaar 1 – Jaar 1, maand 1 – Jaar 1, maand 2 Jaar 1, maand 3 – Jaar 1, maand 4