Hoe slecht ben ik in voornemens, feitelijk? Zeer slecht, zo blijkt.
Weet ge nog dat van ik fotografeer alles wat ik kook in september en dan schrijf ik erover? Ja dat. Ik fotografeerde weliswaar alles het meeste, maar veel meer dan geheugenruimte innemen op mijn telefoon gebeurde daar voorlopig niet mee. Ik zou nog altijd eens 5 minuten tijd moeten vinden om aflevering 2,3 en 4 van die serie te schrijven. Want anders is het dus geen serie en dat zou helemaal zielig zijn.
Niet vandaag echter. Vandaag schrijf ik over die ene zin in dat stukje, die u nu al lang vergeten bent.
“En ik had een nieuw projectje nodig, we moeten daar eerlijk in zijn. Maar daarover later waarschijnlijk meer.”
Dat projectje was voornamelijk nodig om mijn aandacht af te leiden van andere dingen. De afgelopen maand heb ik namelijk in stilte online in stilte, offline zeer lawaaierig een heel klein beetje afgezien, en –we gaan daar eerlijk in zijn– mijn naasten bij momenten met mij (Sorry, you guys. Really.) .
Vandaag, op 4 oktober 2015, kan ik het u echter voorzichtig vertellen: ik ben gestopt met roken. Een maand al, en ik ben geweldig fier op mijn eigen, want ik had niet gedacht dat ik het zou kunnen. TAART ALSTUBLIEFT.
De feiten op een rij:
– de redenen om te stoppen waren de gebruikelijke: gezondheid, afhankelijkheid beu zijn, het stinkt ook een beetje, de aankomende winter en het vooruitzicht rillend in de kou buiten staan roken.
– de directe aanleiding was de pup die ergens op een camping in Frankrijk vroeg: “is dat waar, dat je van roken kan doodgaan? Jef zei dat gisteren.” Ik blokkeerde efkes en vertelde het dan dan zoals het is: ja. Dat roken ongezond is, dat je er ziek van kan worden en dat er ook mensen aan sterven.
Ze dacht na en zei: “dan wil ik dat jij stopt met roken, want ik wil niet dat mijn mama doodgaat. Ok?” Ik antwoordde ok, zij speelde verder met de tak die ze had gevonden, ik vermaalde de hele verdere dag haar woorden tot een concreet plan.
– op het eind van zomer 2015 rookte ik 25 sigaretten per dag.
– ergens in de laatste week van augustus ging ik aan de champix, omdat ik van mijn echtgenoot niet zomaar cold turkey mocht stoppen. Hij herinnerde zich te levendig de vorige poging en de bijhorende periode waarnaar wij hier refereren als de zesdaagse van hypochondrie, hysterie en hyperventilatie. De champix is ok. Ik heb wat last van mijn maag, dat wel, maar alle andere bijwerkingen kunnen evengoed van het stoppen met roken zijn. Op dag 7 van de champix rookte ik mijn laatste sigaret en daarna niks meer. Nu zit ik aan champixverpakking twee, en volgens de bijsluiter zou alle afkickshizzle na deze verpakking voorbij moeten zijn. Benieuwd.
En ook:
– Het was niet zo lastig als ik dacht, vermoedelijk dankzij de pillen. Gewoontes doorbreken bleek het moeilijkst: pauzes in vergaderingen, mijn ochtendhumeur afschudden met 5 minuten alleen op het terras. Dat soort dingen.
– Elke dag rond 18h, dat was de eerste week mijn zwaarste moment. Ik moest dan altijd keer ruzie maken of wenen. Om 18.30h was het weer beter. Mijn eigen bleituurke, precies gelijk bij een baby. Ondertussen is dat wat beter, maar zie verder in deze lijst vaststellingen voor enige nuance.
– Ik vergeet de laatste week geregeld mijn pillen, en dan merk ik dat eigenlijk niet echt.
– Als ik lastig ben, dan zegt de echtgenoot tegenwoordig “ah? Hebt ge uw pil al gepakt?”. Terwijl we allemaal weten dat ik ook met champix en overigens ook met sigaretten een behoorlijk lastig meiske kan zijn. Ik zie het als een grapje, want dat is natuurlijk zijn beroep en hij zal best wel weten wat grappig is nietwaar.
– Op de kast hier in de living ligt nog steeds een halve pak sigaretten, met een aansteker. Iedereen zei in het begin “doe dat weg, kind, want als ge een zwak moment hebt dan zijt ge vertrokken”. Terwijl het gewoon een mindgame is: ik word zot van het idee dat ik niet zou kunnen roken als ik daarvoor zou kiezen. Dat niet roken is geen kwestie van niet mogen of niet kunnen. Het is een kwestie van niet meer willen. So I tell myself.
– Ik ben beestig blij dat de echtgenoot al 4 jaar gestopt is, ondertussen. En dat de BFF stoemelings drie weken eerder dan ik plots gestopt was zonder dat ze het wist. Mijn wettelijke, en de BFF zijn de mensen met wie ik het vaakst op café ga. Het is handig dat die niet meer efkes buiten gaan roken.
– Ik heb een app op mijn telefoon die mij vertelt hoe veel tijd en geld ik al heb uitgespaard. En die vol weetjes staat over de zuurstoflevels in mijn bloed en alles. Ik hou van zo’n apps.
– De belangrijkste bijwerking blijkt dat ik ook na een maand nog altijd wat bleitachtig ben: ik ween rapper dan normaal, uit onmacht of uit frustratie, of uit verdriet, maar ook van geluk. En ik kan minder rap stoppen met wenen eens ik begonnen ben.
– Ik heb massa’s meer tijd de laatste maand. Elke dag 25 sigaretten roken, dat is elke dag 25 keer 5 minuten daarmee bezig zijn. Ok, ik combineerde dat vaak met telefoontjes, autorijden of mails beantwoorden, maar toch: dat is elke dag dik 2 uur. Reken daar stops aan de krantenwinkel, tijd verloren om een briket te zoeken en dergelijke meer bij, en ge ziet dat ik het gevoel heb dat ik opeens veel meer uren in een dag heb.
Ik zou die beter gebruiken om keer te schrijven over alles wat ik heb gekookt, denk ik dan.