Achter ons, in een oud fabrieksgebouw, is er momenteel een grote verbouwing aan de gang. Dat heeft zo zijn gevolgen: soms ruikt het buiten dagenlang naar azijn, omdat ze de ketels aan het ontmantelen zijn. Soms davert ons huis van de drilboren waarmee de muren en vloeren daar uitgebroken worden. Soms dwarrelt het stof op ons terras naar beneden, aan een tempo dat ik niet kan bijhouden qua opkuisen. En dan kindervoetjes op het terras, kindervoetjes binnen, gezucht van de moeder.
Kleine ongemakken, die we natuurlijk gemakkelijk verdragen, want het is in de essentie een fijn project. Oude fabrieksgebouwen worden gerenoveerd, en er komen wooneenheden in het oorspronkelijk gebouw. Bovendien kunnen we door het project binnen een paar maanden een echte tuin kopen (met poortje voor de fietsen!), want het gebouwtje aangrenzend aan ons huis wordt afgebroken.
Ook betekent dat: meer licht en openheid (geen gebouw meer!) en eindelijkeindelijk de vuile lekkende dakgoot die op ons terras overhangt en met zware gutsen regenwater mijn planten kapotmaakt weg.
Deze ochtend echter, nam ik een kop koffie en ging buiten een sigaret roken. En vlak voor mijn voeten, daar op mijn bloedeigen terras, flitste iets weg. Een rat, gedomme. Waarschijnlijk verstoord door de rioleringswerken hierachter die momenteel uitgevoerd worden. Maar ik kan daar dus niet mee lachen, peoples.
Een rat op mijn koer. En vooral: mijn kat die boven op het bed ligt te slapen, natuurlijk.