Neen!

eten Neen!

[Wijvenweek]Kinderen (bis).

Trouwens. Over die kinderen. Beroepshalve lees ik daar veel over en ben ik daar heel veel mee bezig. Vooral dan met de leeftijdsgroep 2-6 jaar en met ontwikkeling binnen die leeftijdsgroep.
Af en toe kom ik dan voorbij zaken die mij behoorlijk schokken en die mij echt kwaad maken.

Wist u bijvoorbeeld dat 20% van de kleuters niet ontbijt? 20%, dat is gelijk één kind op vijf. 57% van de kleuters eet niet elke dag een stuk fruit. En 72% van de kleuters eet niet elke dag groenten. Dat is drie kleuters op vier.
* pauzeert zodat u het een kunt laten inzinken *

Ik kan daar echt niet bij. Een kleuter is een kind in volle groei en die kinderen hebben vitaminen nodig, dat weten ouders toch veronderstel ik? Kind en Gezin vertelt dat soort dingen op consultatie, of niet? En u gaat me niet vertellen dat er één ouder is die zijn of haar kind bewust essentiële zaken onthoudt. Waarom dan? Kan iemand mij dat uitleggen?

Een kind tussen drie en zes jaar heeft gemiddeld zo’n 100 gram groenten per dag nodig. Een 66% van de kleuters komt daar gewoon niet aan. Ik vind dat schandalig, punt. En ik begrijp dat dat druk is, een gezin. En al wie zegt dat ik mij dat niet kan voorstellen, want ik heb geen kinderen en blahblah: bullshit. Zorgen dat je kind gezond voedsel binnenkrijgt is even belangrijk als zorgen dat het naar een leuke school gaat, zich beschermd voelt en met liefde omringd wordt. En ik weet dat vers koken soms veel tijd vraagt, maar als je het zelf niet meer kunt bolwerken: laat je kind dan op school eten ‘s middags. En maak dan in het weekend grote hoeveelheden verse soep die je in kleinere porties invriest en dan ‘s avonds met brood kunt eten. En een salade, misschien.

En alstublieft: een snickers, dat is geen tussendoortje voor een kind van drie. Een betterfood, eventueel, of een andere droge koek. Maar een tupperwarepotje met druifjes of mandarijnbillekes, een appel in stukjes gesneden, een peer, een banaan: zo moeilijk kan dat toch niet zijn?

Over eten bij kleuters en koken met hen is 1 2 3 aan tafel een zeer aan te raden site. Er is ook een boekje te bestellen/in pdf af te halen dat elke ouder zou moeten lezen: er staat uitstekend in beschreven wat een kind op welke leeftijd al kan in de keuken en hoe je je kleuter meer bewust kunt maken van voedsel.

En volgende keer zullen we het eens over slaaptekort hebben zie.

Neen! projecten

[wijvenweek] Het soort.

Ik ken uw soort, juffrouw. Ja, het gaat over u: gij daar met uw perfect gekapte haren en uw french manicure. Verveeld aan het rondkijken in uw boutique, achteloos wat truitjes opvouwend en ondertussen aan het peinzen of Gregory u zal terugbellen, nadat hij deze nacht in de Planché zijn tong in uw mond heeft mogen steken. Ge hoopt het. En anders hebt ge hem toch alvast vier Vodka-Redd Bulls ontfutseld gisteren, dus dat is ook al iets.

Ge kijkt wat minachtend naar mij, omdat mijn nagels afgebroken zijn van de verbouwing en mijn haar eruit ziet als stro door een wekenlange kuur met plamuurstof. Ik ken uw soort, juffrouw: ge haalt zuchtend een jeansbroek uit de rekken in een grotere maat als ik het vraag, dat wel. Maar ik zie dat ge daar eigenlijk geen zin in hebt. Ik weet bijna zeker dat ge met uw ogen draait naar uw collega als ge met uw rug naar mij staat. Ik weet dat ge denkt dat ik met de verfspatten op mijn armen vast uw dure kleren niet kan betalen.

Ik ken uw soort en ik weet daardoor ook van tevoren dat als ik de signalen geef dat ik echt een nieuwe broek nodig heb, dat uw houding zal omslaan. Als daar plots drie broeken liggen waartussen ik twijfel, dan weet ik van tevoren wat ge gaat zeggen. Dat die ene mij het beste staat. Ze kleedt af, dat zegt ge. En het kleur is helemaal fashionable deze zomer.

Ik ken uw soort en ik weet dat die broek die gij mij aanraadt de duurste is die ge liggen hebt. Want ge werkt op percent en ge hebt swarovski-oorringen zien liggen die ge wilt hebben.

Eigenlijk zoudt gij mijn soort ook al moeten kennen, juffrouw. Het soort vrouwen dat uw denigrerende blikken ziet, herkent en ze niet pikt. Het soort dat vervolgens besluit een beetje met uw gepedicuurde en gehydrateerde voetjes te spelen en u een half uur over en weer doet lopen voor andere maten en kleuren. Het soort dat dan besluit met: Ik ga er nog eens over nadenken. Misschien tot straks.

Tot nooit meer, dat denken wij als we de deur achter ons dichttrekken. En we lachen zelfvoldaan als we de swarovski-winkel passeren.

Dit is een postje in het kader van wijvenweek. Blijf hier vooral niet hangen, en check ook wijvenblogs.be voor meer van hetzelfde, maar dan helemaal anders.

Ja! Neen!

Hij komt.

Hij komt naar België, deze zomer. Concreet betekent dat: we kunnen weer met z’n allen een lamme duim krijgen van het repeat duwen op de telefoon om vervolgens drie dagen depressief te zijn dat we geen kaarten hebben.

Zes maand later kunnen we dan collectief boos worden over hoe every freakin BV het concert als beste concert van het jaar bestempelt in de eindejaarsvraagjes van wie-leest-die-vod-nog.

Ik zeg: als ge kaarten wilt bestellen, dan moet ge minimum tien CDs kunnen voorleggen ter bewijs van uw fanstatus. En een liedje kunnen voorzingen. Mensen die het op gitaar of piano kunnen spelen mogen twee kaarten bestellen.

Dat zou nog eens eerlijk zijn.

Neen! werk

Een beetje zielig.

Lief is optreden in een leuk café, vanavond. En ik wilde graag meegaan. Dat ik nu hier aan de pc zit, betekent dus dat ik een beetje zielig ben.

Gisterenochtend zat ik in een jury voor de provinciale finale van Talent in De Kijker. Gisterenmiddag was er een digitale kloof te dichten. Gisterenavond een optreden. En zo was het plots zondag en bleek na een paar uur zwoegen dat ik mij ferm had mispakt aan het fenomeen “studiefiches”. Bah. Administratie is so not fun.

En dus formuleer ik doelstellingen en evaluatietoestanden voor volgend academiejaar, in plaats van aan de toog te zitten met een frisse pint en misschien wat aangenaam gezelschap. Awoert!

Neen!

Beste Juf

Beste Juf

Een heleboel ouders brengen iedere dag hun kind naar uw klas, waar u de leerkracht bent en u voor hen zorgt. Blijkbaar doet u dat goed, want die ouders vertrouwen u, uw directie is blijkbaar blij met u, de inspectie tikt u niet op de vingers en de kinderen in de klas zijn –zo kan ik vermoeden– content.
U heeft daar ook voor gestudeerd, voor dat Juf zijn: drie jaar, met de nodige stages en praktijkervaring erbij. En iedere dag leert u een meute kinderen vanalles bij, volgens methodieken die hun efficientie hebben bewezen en met werkvormen die u zonder twijfel elke avond zit voor te bereiden, tot uw partner u vraagt of u nu eindelijk naast hem/haar in de zetel gaat komen zitten en nog wat van uwen avond gaat maken.

Beste Juf, mijn kind zit niet in uw klas. Ik heb zelfs geen kind, dus dat zou moeilijk wezen. Maar had ik een kind, het was ongetwijfeld de grootste engel van de hele wereld. Altijd en overal. Zo zijn ze, die eigen kinderen: van puur goud. En toch, Juf, zou ik er nimmer mijn hand voor in het vuur durven steken dat mijn kind geen ambras zou maken in de klas. En ik zou nooit durven beweren dat mijn kind de waarheid niet een beetje zou durven verdraaien in zijn voordeel. Ik weet immers hoe ik zelf ooit was.

Ik ben er bovendien van overtuigd dat als u een straf geeft, dat daar een goede reden voor zal geweest zijn. U zou dus met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid, als ik een ouder was, geen protest krijgen van mij. U bent immers baas in uw klas en dat blijft zo. Als ik ervoor kies mijn kind aan u toe te vertrouwen, dan heb ik mij daarbij neer te leggen.

En als ik er niet van overtuigd was, van uw straf, dan zou ik morgen even vroeger langs school komen en vragen hoe dat nu eigenlijk zit. En dan zouden we daar misschien eens over praten, ik met mijn mening, u met de uwe. Zonder dat ik daarvoor uw autoriteit tegenover uw leerlingen moet ondermijnen én zonder dat u daarvoor mijn gezag als ouder moet in twijfel trekken. We zouden ongetwijfeld tot een oplossing komen. En elkaar verstaan, achteraf.

Maar één ding is zeker: als u de Juf was van mijn kind, dan zou deze brief niet op het internet staan.

groet,

i.