En al

En al

Er bestaat ook iets dat serveerwonder genoemd wordt.

Soms in de lente vatten wij hier allerhande koeien bij de horens. Zoals vanmiddag, toen ik voor de tigste keer vaststelde dat ik geen dunschiller meer had op het moment dat er patatten geschild moesten worden.
Ik ben een lastige, (maar enkel) op gebied van dunschillers: velen werden geprobeerd in de loop der jaren , maar de enige goede bleek toch nog altijd die van Tupperware. Jaren geleden gekocht toen iemand — ik weet zelfs niet eens meer wie, maar veel kans dat zij het was– vond dat we de huisvrouw moesten uithangen toen we allemaal alleen gingen wonen en een demonstratie organiseerde. Ik had in die tijd geen geld, maar op zo’n avond niets kopen is echt geen optie. En de dunschiller was het goedkoopst.
Vreselijk content van, tot hij een paar weken geleden plots verdween. Waarschijnlijk weggegooid met het groentenafval. Ik steek het op man en/of kind, dat is evident.

Vanmiddag was mijn geklooi met slechte schillers me plots beu en dus belde ik naar een verdeler van tupperware. Blijkt dat de enige manier om zo’n ding te kopen via een demonstratie is. Verbijsterd, ik moet het u niet zeggen zeker. Aan de andere kant: ik moet u waarschijnlijk ook niet uitleggen dat ik na vijf minuten aan de telefoon en allerlei charmants alsnog naar daar mocht rijden om er eentje te halen. Bending the rules like Beckham, ikke.

Een uur later stond ik daar.
Een uur, i., voor 5 kilometer? Ja. Ik beperk mij tot de hoogtepunten van wat een eindeloos verhaal is: misleidende googlemaps, aardewegel, gracht, verbaasde koe, geschrokken boer, alles kwam goed.
Enfin. Ik dus bij de verdeler, tussen de demonstratiemevrouwen die spullen kwamen ophalen. Ik deed nog wat van charmant, kocht mijn nieuwe dunschiller en ik maakte en passant wat vriendinnen.

Tot iemand zei: “och, jong, ge kunt u niet voorstellen hoeveel er zo verloren gaan. Dat en de rooster van de knappervers, de mensen gooien dat per ongeluk weg.” Iedereen knikte. Ik maakte een uhuh geluid en deed alsof ik dat evident vond, dat het rooster verloren ging. Ik trok een gezicht waarvan ik denk dat het zegt: helemaal nsync met de tupperware-productlijn, ik.

Ik was blijkbaar overtuigend, want stond ongedeerd buiten voor iemand doorhad dat ik nog nooit van De Knappervers heb gehoord. Ik heb het opgezocht ondertussen. Het is iets om uw salade knappervers te houden. Er bestaat ook iets dat Het Serveerwonder wordt genoemd, De Croissant Party, en een gamma ruimtespaarders. Ik had eerst ruimtevaarders gelezen en was al helemaal excited.

Lang verhaal kort. U weet allemaal waar dit naartoe zal leiden.

Ik ga een tupperware-avond geven.

En al

En ondertussen…

…is het zaterdagochtend, acht uur, en hebben we hier al een peuterhysterie achter de rug
…is vrouwendag gepasseerd, en kon u dit lezen als een brief in de gazet
…ben ik duidelijk niet gestopt met shoppen, wegens schone dingen bij WTG.
…zit er een op verzoek-stuk over de school van de kleine in mijn hoofd, maar moet ik echt eens tijd vinden om te schrijven
…is het twee dagen voor wijvenweek en lees ik overal dat mensen al stukjes hebben geschreven. Ik niet. Ik zie wel. Uitstelgedrag is mijn favoriete slechte kantje.
…heb ik het maart-boek gekocht en is het dat van Dawn French geworden. Ik hou van Dawn French. Hell, ik _ben_ zelfs Dawn French in het diepst van mijn gedachten.
…moet ik u allemaal bedanken voor de vele suggesties. Ik heb daar veel aan en ge zijt allemaal coole chicos en chicas.

En al

De derde.

Kent ge dat? Dat ge weet dat er nog drie limoenen waren, maar dat er opeens maar twee meer in de fruitschaal liggen. Het besef dat na een paar seconden doordringt: dat de peuter aan de schaal heeft staan prutsen. En dat ze stil was. Stil is nooit goed, dat weet iedereen.

De zucht die daarop volgt. Het rommelen in de speelgoedkast, nog meer gezucht.
En dan tien minuten later de berusting. Omdat limoenen gelukkig niet rotten, maar gewoon droog worden. Dat vroeg of laat alles weer terechtkomt, dus dat het gewoon afwachten is. Moederschap is geduld.

Kent ge dat? Ik niet hoor. Absoluut niet. Maar als u hier ooit op bezoek komt, en u vindt toevallig een limoen: die ligt daar nog maar pas.

En al

Magic Kingdom.

Terwijl er in de commentaren hieronder ondertussen een robbertje gevochten wordt en ik overspoeld word door mails waarin men me — obligatoire spelfouten, veel uitroeptekens en CAPS incluus — een trut noemt die zelf voor haar deeltijdse job en twee kinders heeft gekozen en daar nu de consequenties maar van moet dragen (ik had ook beter een diploma gehaald, schijnt, dan moest ik nu niet afgeven op mensen die het beter hebben dan mij. Euhm yes, that was my point, het is waar.), heb ik besloten maar over te gaan naar de orde van de dag. Ik heb ook niet de indruk dat er nog een constructieve bijdrage wordt verwacht van mij: er is een commentaarvenster, daar moet dwangmatig een woordenbrij van gescheld ingetikt worden, en dan moet die knop verzenden ingedrukt worden. Meer is er niet aan. U kent die van de special olympics en ruziemaken op het interwebs? Juist ja.

Aniehoew. Iets anders. Mijn kleine is het stadium van de bumba, babytv, hopla en uki nu finaal ontgroeid. Ik doe daar nog elke dag een klein vreugdedansje over, hoewel Dora en die vreselijke Kwiskwat nu ook niet echt een verbetering te noemen zijn. Tegenwoordig echter is ze helemaal wild van Disney-dvds. Dumbo, en Sneeuwwitje en Bambi, om precies te zijn. Wij kijken daar gecensureerd naar: de griezelige stukken worden geskipt. In Dumbo bijvoorbeeld, zitten minstens drie fragmenten waar ik zelf van moet janken. En ik heb niet graag dat het kindje droevig is. Dus spoel ik preventief door.

Dit weekend stond er een column in de gazet van Heidi Lenaerts, die daar kwam te zeggen dat zij dat niet deed. Omdat haar kinders maar beter kunnen leren dat het leven niet altijd cool is. En dat ze het beter kunnen zien in een tekenfilm dan dat ze het voor het eerst in het echt moeten ontdekken.

Eigenlijk is daar ook iets voor te zeggen, bedacht ik toen. Maar ik weet het dus niet. In boeken doe ik het niet, dingen verdoezelen. Boeken lees je zelf voor, dus daar kan je relativeren zoveel als nodig. Maar die films, met die dreigende muziek en die boze heks met haar appel: brrrr.

Wat doen jullie eigenlijk? Censureren of niet?