En al

En al

Een week later.

Ik ben terug, met een bruin kleurtje op mijn vel, een roze op mijn teennagels (beautygedoe in da spa, jay!) en drie kilo hotelbuffet aan mijn botten.

Zoals steeds liet ik u niet weten dat ik op reis zou gaan, want dit is het internet, en zeggen op internet dat ons huis beschikbaar is voor leegroverij: ik blijf dat een slecht idee vinden. Ik heb het niet over u, dat is evident, u vertrouw ik. Maar al die anderen. *kijkt*

Ik trok met man, kind en mijn ouders naar het heerlijke Marrakech. Waar het internet slecht was en al de rust uitstekend. Echt, ik zeg het u, als u nog een vakantiebestemming zoekt in de winter of het voorjaar: dit is het. Levendige stad, lieve mensen, goeie hotels, 25 graden begin februari, imposante bergen en natuur vlakbij. Wij zijn keihard fan. Ik heb wat dingen in een boekje geschreven, en u heeft wat foto’s te goed ook. Maar ik moet nu eerst even terug naar de realiteit. Ge weet wel, de realiteit waarin morgen semester twee begint. De echte wereld waar het 5 graden is en regent.

Gelukkig is dat ook de echte wereld waarin Eurosong begonnen is. Gelukkig.

En al

Januari 2014.

– …begon met Disney en lieve vrienden. Een vreemde avond, door allerlei omstandigheden. Maar dankbaar dat ik ben, voor zo’n fijne maten.

-…zal altijd de maand zijn waarin ik ziek was. En geschrokken, ongerust, gefrustreerd en moe. En gefrustreerd over de trage vooruitgang. Met goede dagen en hele slechte. En had ik al gezegd met veel frustratie.

– …lijkt voorbijgevlogen, met precies alleen slapen en examens verbeteren. Ik moet diep nadenken wat ik nog deed.

– …was de maand van een goede gewoonte: niet meer tot bedtijd computeren of tv kijken, maar wel thee drinken en gemakkelijke boeken lezen. Mijn nachtrust heeft er deugd van gehad.

– …was de maand waarin mijn gewicht naar een getal dook dat er ook stond toen ik pas samenwas met mijn lief. Om er een week later weer boven te gaan, natuurlijk. Een mens moet aansterken, na ziekte.

– …was de eerste zwemles van de dochter, en de eerste yogales van mezelf.

– …was 5 chicklits. Vijf boeken is ongeveer wat ik de laatste vier jaar samen heb gelezen, dus ik ben wel fier op mijn eigen. Ook al was het pulp. Ik bouw op naar kwaliteit, natuurlijk, maar een mens mag niet te veel ineens eisen. En al zeker niet van zichzelf.

– …was een paar dagen aan zee, een uitstekend etentje bij JEF, een paar keer voetbal, een première, een paar fijne feestjes met de familie. En dat was genoeg voor januari.

– …is voorbij, en ik ben eigenlijk wel blij. Het was geen topmaand. Februari wordt dat misschien wel.

En al

Focus. Ohm.

Deze week was focus. Concentratie. Ik ging een paar keer naar school. Ik verbeterde veel examens, thuis aan mijn livingtafel. En ik deed dat anders dan de vorige jaren: met veel aandacht voor regelmatige pauze, met thee en gezond eten, met zelfs een occassioneel dutje als dat nodig bleek. Niks eindeloze marathons, en niks extra erbij. Op die manier bleek het haalbaarder dan verwacht. En was het hier, nog maar eens, stiller dan u gewend bent. In plaats van te schrijven ging ik maandagavond pauzegewijs naar mijn allereerste yogales, alweer ik mij in het gezelschap van mensen die ofwel ouder waren dan mezelf, ofwel maar evenveel gevoel voor coördinatie hadden, focuste op mijn ademhaling en mijn innerlijke kracht. Ohm.

Het is vrijdag nu, en ik ben moe, maar het gaat nog steeds. Bij momenten heb ik nog pijn, maar het is al beter. En ik heb sinds dinsdagavond (pijn in mijn rechterbeen, zeker een trombose) geen aanval van hypochondrische paniek meer gehad.

Aniehoew. Ik hoop dat volgende week minstens even goed wordt, hoewel ze beduidend drukker is deze. Ge moogt duimen.

En al

Progress.

Morgen ga ik werken. Voorzichtig en met een beetje angst dat het nog wat vroeg is, maar kom. Het is een week waarin ik redelijk wat zelf kan plannen, gelukkig: ik moet voornamelijk examens verbeteren, morgen een toezicht en woensdag een verdediging van een bachelorproef. Op hoop van zegen dus, en met het vaste voornemen om het nog een beetje rustig aan te doen.
Voor de rest is er sprake van wat vooruitgang. Te traag en te frustrerend voor mijn ongeduldig karakter, maar ik kan wel al iets meer heb ik de indruk. Iets minder pijn ook, en ik heb niet elke dag meer een middagdutje nodig.

Ik merk wel dat mijn — al zo goed als onbestaande — conditie flink achteruit is gegaan, en ook dat is wat frustrerend. Zo erg zelf dat ik overweeg iets van sport op te nemen, binnen een paar weken. IT IS THE END OF THE WORLD AS WE KNOW IT.

En al

Wij gingen naar Brussel #lovebxl

Post geschreven in 36 stukjes, zeg. En nu eindelijk gepubliceerd geraakt.

Ik kwam het al te zeggen: in de kerstvakantie trokken de man, het kind, mijn longontsteking en ikzelf naar Brussel voor wat de allereerste citytrip van de dochter zou worden. Ik hield het behoorlijk goed, gezien de omstandigheden, en met dank aan mijn vrienden brufen, dafalgan forté en shitload antibiotica.
Achteraf gezien was het misschien wel goed dat ik niet 100% was, want dat zorgde ervoor dat we eigenlijk een behoorlijk kindvriendelijk tempo van citytripping aanhielden. Veel rustmomenten. En ook veel momenten waarop de dochter speelde en rondhoste, en de moeder op een bankje uitpufte. Maar laat ik beginnen bij het begin.

Brussel is een stad die in mijn hart zit, sinds een jaar of vijftien. Vroeger leek dat gigantisch ver weg (ik durfde toen nog niet met de auto op een autostrade rijden) maar een jeugdromance met een Brabander en een vriendschap in de buurt van de Dansaert veranderde dat finaal. Bovendien is meneer mijn lief door zijn job nogal bekend met het hoofdstedelijk gebeuren. En zo komt het dat wij daar toch wel regelmatig komen, ik vooral voor concerten en toebehoren, hij voor vanalles en watnogmeer.

Toen de mensen van Toerisme Brussel aanboden om eens uit te testen of de stad geschikt was voor een uitstap met kindertjes, leek ons dat dan ook de ideale kans om de dochter voor het eerst mee te nemen op citytrip. Eens zien hoe ze dat zou verwerken. Spoiler: she loved it.

Op tweede kerst in de ochtend parkeerden we onze auto de parking vlakbij ons hotel, Novotel Brussels Centre Tour Noire, lieten de bagage in de auto en trokken te voet naar de Grote Markt. Want een mens moet toch eerst en vooral de Brusselse kerstboom zien, nietwaar? Ge zijt toerist of ge zijt het niet. De dochter zeurde de oren van ons hoofd voor brol op de kerstmarkt maar was net op tijd afgeleid “WOW DAT IS EEN SUPERGROTE KERSTBOOM ZO ZALIG”. (Ja, tegenwoordig kunt ge bij de dochter zonder probleem horen in welke stad ze opgroeit). Lang verhaal kort: behalve dat er net twee dronken meneren over het hek waren gekropen om pipi te doen tegen de boom was het heel schoon.

In een zijstraat van de Grote Markt vonden we onze eerste afspraak: het museum van cacao en chocolade.
Op zich wel interessant, maar nogal klein en met een duidelijk hoogtepunt op het eind: speculooskoeken die in een chocoladefontein worden gehouden, en daarna een demonstratie over pralines door een dame die de boel zonder problemen drietalig simultaan entertainde. Heerlijk. De dochter at drie gigantische pralines. Ik was op dat moment al misselijk omdat ik te veel van de chocoladevlokken met variërend percentage cacao overal in het museum had “vergeleken”, dus ik moest na eentje opgeven.

Van daaruit deden we wat mensen doen op citytrips: lunchen. Om niet in toeristenvallen te trappen had ik me van tevoren uitgebreid laten informeren door een Brusselaar met kennis ter zake, en die had me Houtspilou aangeraden. Inslaand succes, lieve lezers: heerlijke frietjes, uitstekende burgers, bakjes speelgoed op de venstertablet voor eindeloos kleuterentertainment en topsfeer. Een adres om te onthouden.

(more…)