Waarom lijkt een week vakantie altijd van tevoren te kort?
Ik heb nu al 23 dingen op mijn lijstje staan van wat ik zou willen doen. En ik heb dat lijstje gemaakt op amper twee minuten.
Druk druk druk
U heeft misschien de foto’s van deze nacht al zien rondzweven, hier op het internet en dan weet u vast dat het een fijn feest was deze nacht. Ik was er deze ochtend (of eerder: middag) bij het ontwaken vast van overtuigd dat mijn belabberde toestand kwam door al het bier dat ik in mijn hoofd had gegoten, twaalf uur eerder.
Toen er echter tegen halvervijf nog steeds geen verbetering in de toestand was, ondanks veel water, een paar flinke boterhams en een portie pijnstillers begon het te dagen: meestal is een kater een kwestie van hoofdpijn en misselijkheid. Maar hoe verklaart een mens dan die pijn in mijn schouders en nek? En die prikkende ogen? En dat duizelig gevoel? En die koude rillingen?
Mijn vermoedens werden bevestigd door de koortsthermometer. Die klokte namelijk af op een respectabele 38,3°. Buiten de grenzen van “lichte verhoging” dus. Of gewoon kortweg: koorts. En ik weet 100% zeker: koorts krijg ik niet van bier. Dat is proefondervindelijk bewezen in het verleden.
De mama zei daarnet aan de telefoon, na mijn verhaal van hierboven, dat “er veel griep rondgaat”.
Ik. wil. niet. ziek. worden.
Ik heb vakantie, godverdomme, dus ik heb wel wat beters te doen dan in mijn bed liggen en me mottig voelen. En in de kerstvakantie was het ook al van dat.
Niet eerlijk, zeg ik u. Niet eerlijk.
De titel van deze entry doet denken aan een kiekeboe-strip uit mijn jeugd. Maar dat wordt het niet, want ik kan niet tekenen en al helemaal geen kale mannen met een snor.
Neen, beste lezertjes, mijn lief is nu bijna terug van zijn schoolreis en dat vraagt om enige zelfreflectie. Ik ben een creatie van mijn job en doe dus niet anders dan reflecteren, remediëren en differentiëren. Allemaal met uw belastingsgeld, jawel.
Een reflectie na 4 dagen single-dom.
1. Mijn vorige job was beduidend minder zwaar dan mijn huidige. Dat kan niet anders: ik ben na twee dagen (een avond jazz en een avond uit eten) vanavond doodmoe in de zetel geploft. Vroeger leefde ik wekenlang aan een hels tempo van culturele, sociale en andere nachtelijke activiteiten en ik had nergens last van.
2. Het is vreemd hoe thuiskomen in een leeg huis raar kan aanvoelen als je nog geen zes maand samenwoont nadat je 4 jaar alleen hebt gewoond. Geborgenheid went blijkbaar zeer snel.
3. Ook aanwezigheid went zeer snel. Deze nacht ben ik wakker geworden en dacht ik “waar is hij nu?” toen ik voelde dat hij niet naast me lag. Ik ben slaapdronken opgestaan en uiteindelijk beneden tot het besef gekomen dat hij helemaal niet thuis was. Ik had toen al wel het halve huis rondgelopen terwijl ik zachtjes “lief?” had geroepen.
4. Ik heb liever dat lief naast mij ligt te slapen dan de kat. De kat pikt minder deken in, maar lief slaat tenminste niet om zes uur ‘s ochtends met zijn poot tegen mijn wang om vervolgens doodleuk over mijn gezicht te wandelen.
5. Als ik vroeger zei dat ik alleen even gelukkig was/zou zijn als met een meneer aan mijn zijde, dan kwam dat omdat de meneer aan mijn zijde niet lief was. I take it all back.
En nu: naar huis komen, vent. Het is genoeg geweest, daar aan de zee.
Mijn opa, die is deze week 80 jaar geworden en dat brengt de nodige stress met zich mee.
a. Mijn papa, die belast was met de taak van het creëren van een menu-kaart heeft zo net via de mama mijn hulp ingeroepen.
c. Wij, de kleinkinders, zijn nog op zoek naar een geschikt cadeautje. Wat koop je in godsnaam voor iemand die al 80 jaar cadeautjes krijgt en dus alles wel al eens heeft gekregen?
Dingen die ik vandaag ga doen, en over 1 en 2 leest u op kerygma! Een fijn vooruitzichtje, zowaar…
1. Een review schrijven over het optreden van gisterenavond.
Ik ben met meneer volume12 (en eerst ook meneer Huugendruug, maar die wilde niet blijven) van jazz luisteren wezen doen, in een piepklein café ergens in de stad.
Achteraf onstond er enige grappige verwarring: ik was te voet huiswaarts gegaan nadat Bruno me op het hart had gedrukt te bellen als er iets aan de hand was. Hij ging de andere richting uit, maar zou als een knight in shining armour terugkeren als één of andere snoodaard met slechte bedoelingen mij lastig zou vallen. Niet dat ik me veel zorgen maakte: Gent is niet echt wat men noemt een onveilige stad als je uit de buurt van parken blijft en het was hooguit vijf minuten stappen. Maar het was wel een leuk idee, dat van die ridder en al.
Ik was net thuis, aan het vertellen tegen de kat dat de jazz mooi was en smsgewijs mijn liefde aan het verklaren aan mijn man op schoolreis, toen ik *zelf* telefoon kreeg van Bruno. En niets hoorde toen ik opnam. En toen ik terugbelde was het van antwoordapparaat.
Spannend hoor: ik dacht al dat hij overvallen was omdat iemand zijn kodak wilde stelen ofzo. Of door snoodaards met slechte bedoelingen hem lastig viel. Citadelpark, weet u wel.
Anyway, bleek dat de gsm gewoon niet geblokkeerd stond, waardoor ik live getuige was van Bruno koopt een broodje Martino om 1h ‘s nachts…
All’s well that ends well.
2. Mijn persoonlijk mening verwoorden over “de sitauwaasche”. (“De sitauwaasche” is trouwens een term die wij vroeger frequent gebruikten, maar ik weet langs geen kanten meer in welke context. Ik weet wel nog dat het grappig was. Klijn? Help?).
3. Les geven, les geven, les geven