kinderspam

kinderspam

Drie.

Dag drie van de nieuwe fase in het leven van de dochter. Iedere voormiddag mix ik patat en groenten en dan wordt de groene lepel gebruikt zoals de fabrikant het bedoeld heeft. In plaats van om in haar oog te steken. We doen voorlopig nog steeds wortelen en Mira vindt het nog steeds boeiend edoch niet zo leuk om door te slikken. Ofwel: mondje gaat gewillig open, er wordt van de lepel gehapt, maar daarna duwt ze zowat alles weer naar buiten. En lacht ze.
Morgen gaan we voor een prefab-potje, want ik heb ergens gehoord dat als ze dat niet gewend zijn, dat ze dan weigeren om potjes te eten. En potjes zijn toch wel handig als het nodig is, me dunkt.

Maar een nieuwe fase dus, en ik word daar bij momenten wat emotioneel van. Zie nu. ze eet grotemenseneten. Straks gaat ze naar den unief en alleen gaan wonen. Dat soort bedenkingen. Volgens mij zijn die bevallingshormonen toch nog niet uit mijn lijf.

kinderspam

Start.

Start to run, allemaal goed en wel. Ze zouden beter een podcast maken met start to sleep ne keer 10 uur na elkaar, ge zijt al bijna vier maand, kind.

Zo dacht ik deze ochtend. Het was twintig voor acht. Twintig voor acht, ilse, dat is toch een schoon uur, zeg? Ik hoor het u graag zeggen, lieve lezer. En jawel, jawel, twintig voor acht, dat is een heel schoon uur. Maar niet als het kind pas om kwart voor zeven in haar bed lag, na al wakker te zijn om half zes. En de keer daarvoor om 1 uur. Eén uur, as in: hallo, holst van de nacht.

Ik zeg u: die dochter van mij heeft geluk dat ze zo allerschattigst is, zo mooi, zo vrolijk, zo slim en zo flink. (klik) Anders zou het geen waar zijn, van dat direct vergeven en vergeten.

kinderspam werk

Werk.

En toen ging ik werken. Nog niet officieel, maar een vergadering die eigenlijk wel moest, ter voorbereiding van het nieuwe semester. Nog in moederschapsverlof verkerende nam ik mijn dochter gewoon mee, gepakt als een muilezel met speelgoed, relax, buggy-met-maxicosi en verzorgingstas. De lieve collega’s hielpen sleuren, de buggy-met-maxicosi werd in de lectorenruimte achtergelaten en baby en toebehoren werden naar het eerste verdiep getroond. Alwaar wij gezellig vergaderden, terwijl Mira een beetje speelde in de wipper en daarna op de schoot het vervolg van de vergadering volgde.

On her best behaviour, moet ik zeggen: ze heeft niet gehuild, heeft naar iedereen gelachen en heeft zichzelf niet ondergekakt. Vooral dat laatste was een fijne bonus, ik zag me al op de vergadertafel van ververserke doen.
De kop is eraf, het werk lonkt aan de horizon. Nog drie weken.

kinderspam

Het is allemaal een fase.

Fase 1.
Draaien van buik op rug. Kwestie van uw evenwicht op de juiste manier te verliezen.
Rol van moeder: baby telkens weer op buik draaien. Anders boze baby.

Fase 2.
Draaien van rug op zij. Dan boos worden omdat ge niet verder kunt.
Rol van moeder: baby handje geven zodat verder rollen lukt. Anders boze baby.

Fase 3.
Draaien van rug op buik, maar een arm die vastzit onder uw zes-kilo-lijf en die er niet vanonder krijgen.
Rol van moeder: arm baby goedleggen. Anders boze baby.

Fase 4.
Draaien van rug op buik, zelf armen goed leggen. Even rondkijken en dan moe worden. Niet meer terugkunnen wegens te moe.
Rol van moeder: baby telkens weer op rug leggen. Anders boze baby.

Fase 5.
Draaien van rug op buik, en van buik op rug. En daarbij tegen de beperkingen van uw park of speelmat aanlopen.
Rol van moeder: baby vantussen parkspijlen bevrijden (anders boze baby). Baby vanop stenen vloer opnieuw op speeldeken leggen (anders koude baby met geblutst hoofd)

Next up: rechtopzitten zonder steun.

kinderspam

Ik ben wel stil en voorzichtig, natuurlijk.

Als wij ‘s avonds gaan slapen, dan moet ik altijd nog eens langs Mira’s kamer. Dat is best spannend: de plankenvloer in de gang voor haar deur kraakt heel luid, en in de stille nacht klinkt dat als een boom die omvalt in een doodstil bos. Het is niet zo, ik weet dat wel, maar de schrik om de baby wakker te maken zorgt ervoor dat alles harder lijkt.

Ik ga dan haar kamer binnen en kijk naar haar. Ze ligt in haar bedje, de armen uitgestrekt naast haar hoofd en dat is zo’n mooi beeld, ge hebt daar geen gedacht van. Ik froemel dan even aan het deken en stop haar nog eens in.

Het vreemdste is echter dat ik haar absoluut moet aanraken. Bij voorkeur zachtjes op haar hoofd, maar minstens even aan haar handje. Ik weet dat als ze licht slaapt, ze zou kunnen wakker worden, maar ik kan het toch niet laten. Ik maak mezelf wijs dat ik moet voelen of ze het wel warm genoeg heeft. Maar eigenlijk is dat maar een uitvlucht. Ik moet gewoon haar huid nog eens aanraken, anders slaap ik niet.