Ik weet niet hoe het er precies van kwam, maar gisteren, toen ik zat te werken, heeft de kleine voor het eerst de koptelefoon ontdekt. En ze was er helegans niet goed van: op uw hoofd hoort ge muzieks, van uw hoofd niet. Magico!
We waren wat te laat met opnemen, maar na een vijftal minuten bleef ze hardnekkig zodanig schattig wezen dat het lief toch maar zijn gsm bovenhaalde. U kunt in dit filmpje overigens ook het bewijs zien dat ze level 3 (level 1 en level 2) van de muziekeducatie-game met succes uitspeelt: Das Pop en Beach Boys werden aan het repertoire toegevoegd. Suggesties voor de volgende level mogen in de commentaren.
Lieve Mira
Gisterenavond begon ik deze brief te schrijven, maar toen ik halverwege was, was ik zo moe dat mijn ogen dichtvielen, zoals jij dat maanden geleden ook soms voorhad als je een flinke fles melk binnenslokte vlak voor bedtijd. Dat ik zo moe ben, dat komt eigenlijk wel een beetje door jou.
Kijk, het is mij om het even wat uw maten op de speeltuin zeggen: kwart voor zes is *echt* geen uur om de dag te beginnen. En een middagdut doen van vier uur compenseert dat misschien wel voor jou, maar je moeder en vader zijn doodop. Hoewel je dat nu niet beseft, zet ik mentaal turf-streepjes in mijn moederlijk geheugen, en spaar die op voor later. En misschien dat je die vroege dagen nog wel eens teruggeserveerd krijgt. Zo ergens binnen een jaar of 15, als het voor jou misschien een beetje minder goed uitkomt.
Het vorige was een mopje natuurlijk, je begrijpt dat vast wel. Want mopjes, dat is je nieuwe ding, tegenwoordig. Dan gil je bijvoorbeeld “oooeeeh, vliegtuig” en kijkt naar boven. Als je vader en ik dan naar naar de hemel turen, dan straal je, roep je “neee-eeen” en begint hard te lachen. Ik hou mijn hart vast voor het kolderesk circusgebeuren dat ons huishouden binnen een paar jaar zal zijn.
Kolderesk en vol luide muziek, dat wordt het, ik zie het nu al voor me. De bewijzen werden dit weekend alweer geleverd, toen je headbangend voor het podium stond op twee verschillende buurtfeesten en luid “bravo, gigitaar” riep na afloop van elk liedje. Je vraagt ook in de auto om de muziek luider te zetten, maar alleen als het mevrouw belieft, de muziekkeuze. Beatles, Doors, Beach Boys, Das Pop en Johnny Cash zijn je favorieten momenteel, en ik kan zelfs niet beginnen uitleggen hoe trots dat me maakt.
Behalve dat vroege opstaan, ben je tegenwoordig uiterst gezellig. Knuffelig en aanhankelijk, en je tettert de hele dag door. Je maakt huisjes, en dan moeten wij erbij komen zitten. Je zorgt voor je pop en je beer alsof het je kindjes zijn, en je danst en zingt de hele dag. Bij dat dansen komt ook je talent voor regie duidelijk naar voor: je vertelt ons dan graag waar precies we moeten staan, en wat we moeten doen. Ook in andere situaties komt dat licht despotisch trekje frequent bovendrijven: mensen zitten bij voorkeur waar jij zegt dat ze moeten zitten, en doen dan bij voorkeur wat jij wilt dat ze doen. Wij lachen je dan een beetje uit, natuurlijk, want de wereld laat zich niet regisseren. Hoewel het eigenlijk best een gemak zou zijn.
Ik ben wat versteld van hoeveel je al begrijpt en hoeveel je hoort. We moeten echt opletten wat we zeggen tegenwoordig. Als we bijvoorbeeld tegen iemand vertellen dat je niet zo flink eet, eigenlijk, kunnen we er gif op innemen dat je die middag kordaat je bord zal wegschuiven en eenvoudigweg zal weigeren. Als iemand vertelt over een peuter die zich op straat laat neervallen en niet meer wil rechtstaan: luttele minuten later lig je op de grond en probeert ook eens wat voor effect dat heeft. We speak a lot of English, nowadays. And we hope we will have a few years before you master it.
Sinds een paar weken ben je trouwens thuis, want Saskia — die jou gigantisch mist, zei ze daarnet aan de telefoon — is in ziekteverlof. Ik had er van tevoren een beetje schrik van, zo de hele tijd jij en ik, maar het valt dus reuze mee. Het is doodjammer dat ik nog zoveel moet werken deze maand, want eigenlijk is gewoon met jou op het terras rondhangen of de stad afdweilen stukken leuker. Nog een paar weken, en we nemen een lange zomervakantie, jij en ik.
En in die vakantie gaan we echt werk maken van je potjestraining. Momenteel komen we nog niet verder dan “Mama, mira kaka doen” – ik zet je op het potje – jij wacht een minuut – jij roept “klaar!”, gaat rechtstaan en doet vervolgens kaka op de grond. Ik kan daar kort over zijn: de eerste keer was het grappig, de tweede keer nog een beetje en vanaf de derde keer was het mopje eigenlijk wat afgezaagd. We hebben werk te doen, dus. Maar gelukkig hebben we veel tijd.
zoen
je mama
Maand 1 – Maand 2 – Maand 3 – Maand 4 – Maand 5 – Maand 6 – Maand 7 – Maand 8 – Maand 9 – Maand 10 – Maand 11 – Jaar 1 – Jaar 1, maand 1 – Jaar 1, maand 2 Jaar 1, maand 3 – Jaar 1, maand 4 – Jaar 1, maand 5 Jaar 1, maand 6 – Jaar 1, maand 7 – Jaar 1, maand 8 Jaar 1, maand 9
Maar wel een koer en een curverbox.
Advies van Zij Die Het Kunnen Weten indachtig placeerde ik mij op de koer, met de feeling en een paar bakken water. De hele dag dikke leute: zodanig plezant dat de dochter na een klein uurtje middagdut vrolijk door de babyfoon “Maaaaaaammaaaa! Mira badje spelen!” riep.
Later die middag maakte ze ook nog het avondeten klaar. Het werd water, keien en een assortiment kruiden die ze uit mijn potten graaide. Yummers. Maar de Feeling is wel bijna uit. En op een paar momenten van hysterie en paniek na (vliegen, remember): topmiddag.
En toen transformeerde mijn kleine op een halve dag tijd van een overmoedige en stoere peuter naar een bang paniekerig muisje. Niet altijd, neen. Alleen als er vliegen in de buurt zijn.
Pauzeer misschien even, zodat het efkes kan inwerken.
Jawel, u heeft dat geheel correct gelezen: mijn dochter is sinds twee dagen bang van vliegen, en bij uitbreiding alles wat ze met vliegen verwart: bijen, spinnen, fruitvliegjes, rondvliegende pluisjes.
Het kwam plots, opeens. Ik weet niet hoe het komt, want wij zijn daar niet bang van, en alhoewel ik niet zo zot ben van wespen is het ondertussen al twee weken geleden dat ik één keer paniekerig heb gereageerd toen ze vrolijk een wesp probeerde te strelen. Ze had daar geen gevolgen van de weken daarna, maar nu opeens is ze dus helemaal over haar toeren als er nog maar een vlieg in dezelfde kamer als haar zit.
En met de zomer in het land, en de ramen die hier altijd openstaan, betekent dat: een haast constante jammering. De eerste dag (eergisteren) was het ergst: huilen, tieren, blinde paniek, met tranen en al. Ik was zo verrast dat ik in eerste instantie natuurlijk volledig verkeerd reageerde: een beetje lacherig zeggen dat het niet zo erg is, en dat ze niks misdoen. Eerste reflex, ondanks al de ontwikkelingspsychologie die latent in mijn brein aanwezig is.
Sinds gisteren ben ik de pedagogisch verantwoorde toer opgegaan: we hebben nu een toverspreuk en een liedje, waardoor de vliegen niet bij haar komen, maar mooi op afstand blijven. En ik erken nu haar angst, natuurlijk. Dat ik weet dat vliegen niet leuk zijn, maar dat we gaan zorgen dat ze niet bij haar komen (/insert toverspreuk hier). Als u nog meer manieren heeft, laat het vooral weten, want het blijft vermoeiend: honderd keer per dag hetzelfde mantra herhalen.
Het is haar eerste irrationele peuterangst, zeg. En ik wist dat wel, dat het ging komen, maar ik was gelijk weer geschrokken van de timing. Absurd, hoe hard het gaat, dat groot worden.
Lieve Mira
soms word ik ‘s morgens vroeg gewekt door gekrijs. Je strekt je armen uit als ik bij je bed kom, en doet er dan ongeveer 10 minuten over om te beslissen of je knuffels al dan niet meemoeten naar beneden. Na een halve fles melk hou je de fles omgekeerd omdat dat zo’n leuke vlekken maakt op de zetel. Je weigert je boterham, nadat je me eerst drie keer ander beleg hebt laten halen (neen! muizenstrontjes! neen! confituur! neen! choco!). Je gooit de boterham tegen de grond en jengelt dat je een paaseitje wilt.
Als ik je wil aankleden, wring en draai je, zodat je benen en billen onder de inhoud van je ochtendpamper zitten. Als ik je vervolgens wil wassen, dan heb jij ondertussen een tube zonecreme opengewrikt en de inhoud in je haar gewreven. De rest van de dag ben ik vervolgens bezig met damage control: uitmaken of je echt gevallen bent, of gewoon aandacht wilt. Proberen je te overtuigen toch iets te eten. Ik zucht als ik je na drie kwartier nog hoor brabbelen op de babyfoon terwijl je eigenlijk een middagdut hoort te doen. Ik zucht nog dieper als je een klein uur daarna al weer wakker bent en dat gillend duidelijk maakt. Als ik je uiteindelijk, om half negen, in je bed stop en naar beneden ga, dan ben ik doodmoe. Uitgeput, en bezweer ik de goden waar ik niet in geloof de dag van morgen draaglijker te maken.
Lieve Mira. Soms word ik ‘s ochtends gewekt door een vrolijk “mama! mamaaaatje! mira wakker!” en krijg als ik je kamer binnenkom een stralende glimlach en een spontane zoen. Vijf minuten nadat je de fles melk kreeg, zet je ze neer op de tafel met de mededeling “allemaal op!”. Daarna teken je, speel je, blaas je bellen. Je helpt boterhammen smeren, en eet ze zonder protest op. We doen boodschappen, jij blijft lief in de kar zitten en zwaait naar de mensen. ‘s Middags eet je zelf, en knoei je maar een klein beetje, daarna vraag je zelf: “beetje slapen”. Na een middagdut van een paar uur eten we samen fruit, gaan wandelen, spelen en gaan in bad. Als ik je tegen half negen in je bed stop, hoor ik je nog een kwartier zingen en “slaapwel” roepen door de babyfoon, en dan is alles rustig. En ik heb het gevoel dat ik het allemaal best wel goed doe.
De dagen wisselen nogal, inderdaad. De meeste dagen zijn een combinatie van de twee types, en de ene keer helt de balans meer door naar het ene, de andere keer naar het andere. Het leven met een peuter is een leven van uitersten, zover ben ik al nu. Meestal straal je met je hele lichaam en ben je de vrolijkheid zelve. Ik geniet volop van jou, en vind je zo fantastisch dat ik het haast niet onder woorden kan brengen. Maar je kan ontstellend ongelukkig en humeurig zijn, bij momenten zelfs zo deugnietachtig dat andere mensen het stout zouden noemen. Ik ben niet aan stout, dus ik gebruik dat woord niet. Maar tijdens die buien zou ik je aan een haakje aan de muur kunnen hangen, met een plakker op je mond.
Ik doe dat niet, natuurlijk, want dat mag niet en eigenlijk verdien je het ook niet, maar meiske: je kan soms bijzonder vermoeiend zijn. Ik probeer mezelf dan voor te houden dat het voor jou ook allemaal zo gemakkelijk niet is, met al dat groeien en ontwikkelen. En dat het wel weer overgaat. Het gaat ook altijd weer over, gelukkig, en dan krijg ik weer mijn contente, ondernemende, zelfstandige en lieve dochter terug.
Wat me deze maand het meest verwonderd heeft is jouw geheugen. Waarschijnlijk is het er altijd al geweest, maar ik heb het nooit zo erg opgemerkt als de laatste weken. We waren laatst aan het wandelen in de bourgoyen en jij wilde opeens sneeuw maken. Ik vond dat absurd, dat je dat nog wist, want het wegblazen van pluizen (en dus sneeuw maken) daar in de bourgoyen, dat was toch al een maand of twee geleden. Maandag ook: op de badkamer vond je een rammelaar. En je gaf hem aan mij met de woorden “sientje meegebracht naar boven”. Een week voordien het Lien Sien een verse pamper aangedaan bij ons, en toen had ze inderdaad die rammelaar mee genomen. Ik was het al vergeten, jij blijkbaar niet.
Als we iets één keer vertellen of tonen, dan onthou je dat. Dat bomen door hun wortels in de grond drinken en je dus daar moet gieten bijvoorbeeld. Of dat we morgen op de glijbaan gaan, dat weet je de volgende dag bij het opstaan nog steeds. Het is fascinerend gegeven, net als jij dat natuurlijk volledig bent. En ik ben razend benieuwd naar hoe dat allemaal zal evolueren, de komende maanden.
zoen
je mama
Maand 1 – Maand 2 – Maand 3 – Maand 4 – Maand 5 – Maand 6 – Maand 7 – Maand 8 – Maand 9 – Maand 10 – Maand 11 – Jaar 1 – Jaar 1, maand 1 – Jaar 1, maand 2 Jaar 1, maand 3 – Jaar 1, maand 4 – Jaar 1, maand 5 Jaar 1, maand 6 – Jaar 1, maand 7 – Jaar 1, maand 8