kinderspam

En al kinderspam

En een axenroosverwijzing ook nog.

Ik heb al tijd verdaan op het interwebs, al mijn werkmails gelezen en beantwoord en mijn planning voor morgen doorgenomen. En het is nog maar kwart na negen. Dat kan maar één ding betekenen, mensen: de Mini zat alweer om kwart na zeven in haar bed, zoals dat hier sinds maandag gaat. Uit pure noodzaak, niet uit ouderlijk goed voornemen: aangezien de juffrouw niet meer slaapt op school sinds het nieuwe schooljaar, is de juffrouw zoals dat heet een beetje moetjes ‘s avonds.
‘s Morgens is alles top: Mini slaapt tot wanneer ze vanzelf wakkerwordt (half acht), is vrolijk en vertrekt als een goedgemutste wasbeer naar haar kanarienest. Ze doet het goed, schijnt, en is bijzonder vrolijk op school ook.

Dat thuiskomen, dat is een ander paar mouwen.
Dag 1 was gewoon een beetje hangerig, dag 2 was complete hysterie. Dag 3 ging ze naar mijn ouders ‘s middags en sliep daar bijna drie uur. Toen ik haar terugkreeg was ze mijn bekende charmante kleuter. En dag 4 was behoorlijk: ze was rustig, zolang ik niet te veel eisen stelde. En ze een beetje tv mocht kijken en zetelhangen.

Voorlopig gaat dat hier allemaal nog, maar ik hou mijn hart vast voor binnen twee weken. Nu haal ik haar op om 15.20h en regel mijn werk daaromheen. Als ze thuiskomt ben ik met haar bezig, eten we vieruurtje en zet ik alles klaar voor het eten. Dan gaat ze in de douche om half zes en daarna eten we. Allemaal heel smooth, dit ritme. Alleen spijtig dat ik dus binnen een paar weken vaak tot 18h les moet geven. We gaan daar toch nog eens goed over moeten nadenken, hoe we dat allemaal gaan regelen.

kinderspam

Moederkespost.

Disclaimer: als ge geen kinderintresses hebt, moet ge niet verderlezen. Als ik op van die mamafora zou komen, ik zou het daar vragen, maar ik heb daar schrik van. Voor ge het weet hebt ge de flikken aan uw deur. True story, ik vertel het u nog wel eens.
Gelukkig heb ik een eigen blog, dus hoef ik mijn vragen niet eens elders op het internet te stellen. Maar het gaat dus over Het Kind en Grote Ouderdilemma’s. Zap gerust weg, heren, jongedames.

In het begin van de vakantie hadden we het ons voorgenomen: we zouden de dochter van het dutten afhelpen. Drie jaar, dan mag dat al eens, schijnt. Ze is op school namelijk liever in de klas dan dat ze moet slapen tussen de middag, en dan zou ze in september gewoon volledige dagen bij de andere kindjes kunnen blijven. En zouden wij misschien een kind hebben dat voor half negen in haar bed gaat. Of, wie weet: langer slaapt dan een uur of 10 na elkaar. *Duimt*

Met goede overmoed en veel ambitie begonnen we eraan. We vertelden haar dat ze vanaf nu mocht kiezen of ze zou slapen overdag. Ik moet u niet vertellen: dag 1, 2 en 3 werden zonder dutje afgehandeld. Mijn dochter kiest altijd voor de optie waar “in uw bedde” niet bij betrokken is. Op dag 3 was er het incident op het strand. En op dag 4 was de mini ziek. Volgens de huisarts was dat stoppen met de middagslaap wel een beïnvloedende factor daarin: door minder slaap gaat de weerstand achteruit, en hopla virale infectie. Enfin, we besloten toch weer verder te middagdutten. Met wisselend succes: soms ligt ze een uur te zeuren voor ze uiteindelijk in slaap valt, en van onze heerlijke routine van vorige zomer (om half één erin, om half drie wakker en nog een hele namiddag voor de boeg) is geen sprake meer: vaak slaapt ze pas tegen twee uur, half drie, en dan is ze wakker om half vijf ofzo en is de dag gepasseerd.

Ze kan het ook wel, zo zonder slaap overdag. Als we een daguitstap doen, trekt ze het probleemloos tot een uur of vier, maar dan valt ze wel als een blok in slaap in de auto op weg naar huis. Gewoon thuis, of deze week in de opvang, kan ze ook al eens overslaan. Vanmiddag geprobeerd, omdat de werkmannen hier lawaai aan het maken waren en ik geen tijd had om haar elders te laten slapen. En dat lukt dus.

Behalve dat ze vanaf een uur of zes compleet onhandelbaar is en daarnet dus keihard door het lint ging omdat ze niet uit bad wilde. We’re talking complete hysterie, tranen, gillen en over haar toeren. Slaan, tieren, rood aangelopen lachwekkend schattige brulboei. Het heeft een half uur geduurd voor ze weer een beetje rustig was. Klein beetje moe, die van ons.

Dus zeg het eens, moeders, wat doe ik daarmee binnen een paar weken: laten slapen op school, tegen haar goesting, maar ‘s avonds wel een fris en vrolijk kind in huis? Of doorbijten en volledige dagen in de klas laten blijven, en dan ‘s avonds het humeurige kind voor lief nemen? Hoe lang duurt dat voor ze dat gewoon zijn? En hoe lang heeft uw kind trouwens middagdutten gedaan?

Ja! kinderspam

Maar weet je.

‘s Ochtends als ze wakkerwordt begint het kwebbelen. Meestal heb ik nog mijn opperste concentratie nodig om mijn lichaam te bevelen dat tweede oog ook open te doen en tot stappen te bewegen. Rechtervoet voor linkervoet, i., Rechtervoet voor linkervoet. Ondertussen kwekt ze de oren van mijn slapend hoofd. Maar weet je, mama, ik heb lekker geslapen en heb jij eigenlijk lekker geslapen en is papa thuis en is het mooi weer al en is de dag al begonnen. Gaan we naar een filmpje van Niels Hogerson kijken, van de vos Smirre. En waarom heb jij een korte broek aan? Is dat jouw pyjama? blah blah en kwekkwekwek…
De hele dag door praat ze. In zichzelf, maar meer nog tegen ons. Alles is een vraag. De helft van de zinnen begint met Maar weet je, mama
Maar weet je mama, wat zit daar eigenlijk allemaal in, in die saus? Tomaten? En wat nog? Ajuin? Wat nog? Kruiden? Welke kruiden?

Ik vind het heerlijk, zo’n peuterkleuter in huis, en we lachen ons hier allemaal een breuk met haar komieke vertelsels. Maar ‘s avonds, als ze gaat slapen, dan gaat er hier het eerste half uur geen tv aan, en geen muziek. Dan is er alleen stilte. Geen vragen, geen verhalen, geen gezang. Oorverdovende zalig rustige stilte.

(En neen, ik weet niet van wie ze dat heeft, dat tetteren. Wij zijn allebei zo’n stille, bedeesde mensen.)

kinderspam

Het paniekske.

Ik wikkelde haar in een handdoek, suste dat ik haar vasthad, en droeg haar de dijk op. Na 50 meter vielen haar ogen dicht, en stond mijn hart stil. Want mijn kind slaapt nooit gemakkelijk, en is sinds haar zes weken ofzo nooit meer op mijn arm in slaap gevallen.

In mijn hoofd was ik al naar spoed onderweg. Gelukkig zijn mijn lief en mijn ouders rustiger en werd het kindje naar het appartement gedragen. Ik hield me min of meer kalm, we overtuigden haar water te drinken en zagen haar langzaam opknappen. Ik nam haar mee onder de douche en ze zong liedjes met de sproeier als microfoon. Op weg naar huis in de auto deed ze een dut, thuis was ze humeurig zoals altijd als ze moet opstaan en ze geen zin heeft, maar daarna at ze. En dronk ze. En speelde ze. En ik bleitte een oog uit van de opluchting.

Geen idee wat er gebeurd is. Een uur eerder maakte ze nog modderkakataart in het zand. Tien minuten eerder liep ze nog brullend met een namaakspin grote jongens achterna. Vijf minuten eerder zat ze nog in mijn nek te zingen op weg naar de zee. En toen opeens gilde ze iets over buikpijn, geraakte in paniek en begon te huilen. De tien volgende minuten in een beklemmend strandtoilet zal er misschien iets mee te maken hebben. Vermoeidheid door de derde dag op rij zonder middagdut (een experiment, morgen gaat ze slapen, echt) en een heerlijk maar druk weekend aan zee en op humorologie. Misschien dit gecombineerd met het laatste restje energie eruitpersen door die gigantische huilbui. En misschien had ze wat last van de warmte, en wat te weinig gedronken. Kinders, ge kunt daar soms niet aan uit.

Alleszins. Ze viel in slaap en mijn hart stond stil. En dat terwijl ik zeker al tien miljard keer vurig om in slaap vallen heb gebeden.

kinderspam

She will be a comedian.

De dochter kent onze voornamen, al maanden. Of jaren, zo lijkt het wel. Ze roept ons bij naam als het niet rap genoeg vooruitgaat en heeft het soms over papa henk en mama i. in gezelschap, als ze het onderscheid wil maken met mama’s en papa’s van andere kinderen.

Enfin. Ze weet het dus. Dat moet u weten voor deze conversatie aan de ontbijttafel.

– *wijst* Jouw naam is i. (insert mijn volledige voornaam en familienaam)
– Moh, Mira, dat is juist. Dat jij dat weet zeg. En wat is papa zijn naam?
*ze denkt na*
– Het is hetzelfde als bij jou. Mira ….
– Rijckaert! Rijckaert!
– juist, jong. En wat is dan zijn volledige naam? Plak er eens zijn voornaam aan?
– Ik weet dat niet.
– Maar jawel, jij weet dat wel. Je zegt het zo vaak.
– Ik weet dat niet.
– Jawel, wat zeg ik tegen papa als ik niet papa zeg?
*vette grijns. de kapoenigheid druipt ervanaf*
– Schatje. Schatje Rijckaert.