Ja!

Eindelijkheid.

Ik liep nog langs de boerderij voor yoghurt, eitjes en wat geitenkaas en vroeg langs mijn neus weg hoe het met het witloof ging en wanneer het oogstbaar zou zijn. Ik vraag dat al weken elke keer als ik er ben.

Het bleek vanaf morgen, maar ik mocht vandaag al. Mijn vreugde kende geen grenzen, want het witloof is erg laat dit jaar.

Die zelfoogst, dat blijft ongelooflijk wat dat doet met een mens. Het wachten, het verlangen naar iets wat ge graag hebt. Eens het er eindelijk is, is het zo veel schoner dan als ge het gewoon direct hadt gekregen.

De schaarste van de winter. Het zoeken naar een handvol kervel, wat postelein en een prei die niet vastgevroren is in de grond. Maar ook het rondkijken naar wat eraan komt. Het verlangen naar de lente en naar weer wat meer leven is nergens zo sterk als daar.

Maar ook de troost van de natuur: alle goeie dingen komen vroeg of laat terug, als ge maar geduldig genoeg wacht.

En hoe heerlijk dat dan is, als het eindelijk zo is.