Month: October 2015

En al

Ze is misschien niet altijd roze, maar het is wel een zachte wolk.

Honderd keer.

Als ik het geteld had, ik was vast daar ergens uitgekomen. Het is het aantal keer dat ik de afgelopen weken heb gedacht “Wat moet ik hier nu weer mee?”.

En elke keer van die honderd heb ik achteraf gedacht: zwijgt, i, zwijgt. Maar ge kent het. We zitten hier vanzelfsprekend met een mening, en dat moet er vanzelfsprekend uit. Ook al gaat het over moederschap en weet ik wat de gevolgen daarvan kunnen zijn. Want zo veel moeders, zo veel meningen. En moeders zijn meestal heel lief voor de kinders, maar ook al eens wat minder voor elkaar, zo blijkt. Maar kijk. Iets met kosten en baten, weetwel.

The thing is.

De laatste weken staan de kranten en de magazines vol met mama’s die eindelijk durven zeggen hoe het moederschap in werkelijkheid is. Wat zijn ze moedig! Eindelijk! Na al die jaren waarin werkelijk de hele wereld dacht dat ouderschap perfect hoorde te zijn.
Echt, ik heb mijn open mond naar mijn gazet zitten staren. Niet omdat Siska Schoeters over haar pups zei dat ze soms wel eens blij is als die fuckers in bed zitten. Wel omdat, de standaard verontwaardigden niet meegerekend, de overheersende reactie was: eindelijk iemand die het durft te zeggen.

Eindelijk? Ik circuleer misschien in andere kringen, maar geen enkele van mijn kameraden heeft ooit verzwegen dat zijn of haar huishouden niet altijd perfect is. Het ouderschap is: af en toe een jankende vriendin aan de telefoon en een verhaal over een tepelkloof door een kleine vampier. Of iemand anders die zegt na een eenvoudige vraag hoe het gaat “Fak zeg, die kleine is onhebbelijk de laatste week, doodmoe word ik ervan”. Ik dacht dat dat bij iedereen zo was. Dat het niet altijd en plein public op het internet wordt gegooid, en avant, maar in de veilige kring van van etentjes met wijn en vriendjes, of aan de toog in het midden van een uitgaansnacht? Ik heb nooit anders geweten.

Ik verkeerde dan ook oprecht in de illusie dat iedereen dacht dat perfecte moeders zoiets zijn als perfecte vrouwen met maat 34, een barbie-taille, grote borsten en een succesvolle carrière: verzinsels van de reclamesector die enkel te realiseren zijn met veel geld, een personal trainer en photoshop in elke fase. En die roze wolk, ik ging ervan uit dat dat toch voornamelijk hormonen waren. Ik was niet zo bezorgd dat ik ze niet had. Dat scheelt een eind, want ik moest me ook niet bedrogen voelen.

Allez, i., ge zijt dus helemaal pro al die moeders die nu opstaan en vertellen dat het allemaal zo gemakkelijk niet is?

Awel. Euhm. Daar zit het probleem. Want als ge al die dingen leest, de laatste weken, dan lijkt het alsof wij allemaal constant worstelen met dat moederschap. Alsof het allemaal kommer en kwel is. Alsof alle kinderen op elk moment dodelijk vermoeiend zijn, alsof een stevige post-partum-depressie de standaard is na een bevalling. Iets met een slinger die de andere kant doorslaat.

Ik was mij dan aan het afvragen waar ik het meest stress van zou krijgen, als ik nu voor het eerst zwanger was, of net een kleine baby had. Van het idee dat het perfect zou zijn. Of van het idee dat het echt allemaal lastig en moeilijk zou worden.

Het blijkt te kunnen kampen. Daarom deze post, met een klein beetje tegenwicht.

Soms vind ik het ouderschap wat lastig, jawel. Als ik bijvoorbeeld een hele dag stagebezoeken heb gedaan, mijn echtgenoot uit werken is, ik eten op tafel moet krijgen en mijn kleine net dan besluit de aap uit te hangen en onafgebroken te tetteren. Nogal lastig. Ik zou dan ook al eens durven denken: goh, jong, het zou toch gemakkelijk zijn als ik nu gewoon rustig in stilte een pitta kon gaan halen en die voor tv kon binnensteken en daarna op mijn gemak in bad kon. Zonder my little ponies.

Ik ben bijna elke dag blij als het kind in bed zit, want dat is rust. En ik heb veel deugd van al eens iets te doen dat niet met minderjarigen is.

Allemaal waar.

Maar vergis u niet: over het algemeen, door de band genomen en op de meeste tijdstippen van de dag (over de nacht ga ik niet spreken, dat is gewoon fundamenteel oneerlijk) is het ouderschap gemakkelijk, comfortabel, gezellig, evident en vooral ongelooflijk plezant.

Het grootste deel van de tijd is mama zijn niet iets dat ik als lastig ervaar. Het is iets wat ik ben, met alle schone en minder schone kanten. En neem het van mij aan: kinders hebben vooral en voornamelijk heel mooie kanten. Ze zorgen voor plezier, geluk, ontroering, andere manieren om te kijken naar de wereld, gezelligheid. Ze maken u tot wie ge zijt, en ze maken u beter dan wie ge zijt.

En dat is het beste wat u kan overkomen.

Dus, als ge nog aan kinders moet beginnen, of er wordt er momenteel eentje buiksgewijs geboetseerd: ge moet ook niet te veel schrik hebben. Life is ok. Ook nadat ge een kind op de wereld hebt gezet.

projecten

BAM.

Niet zomaar kapot, ik zei het al.

Als u de afgelopen dagen mensen spontaan elkander een high-five zag geven, hier op straat. Of u hoorde een YES klinken achter een gevel. Of u zag dat ik bij momenten een krop moest wegslikken: dit is waarom.

WIN

Een tijdje geleden smeekte ik u om ook een bezwaarschrift in te dienen tegen de plannen van de projectontwikkelaar in een binnengebied hier vlakbij. Op het moment dat ik die post schreef stond de teller op 43 en ik vond dat best veel. Uiteindelijk klokten we af op 379 bezwaarschriften. De ontvangstbewijzen zijn vandaag nog steeds te bewonderen aan de muur van het onvolprezen-in-alle-betekenissen-van-het-woord Trafiek en ik moet nog steeds elke keer grijnzen als ik ze zie.

11937450_951169294943656_8885446498932825410_o

Is dat indrukwekkend, die massa bezwaren? Redelijks, ja.

Maar wat nog indrukwekkender is, is dat Gent een stadsbestuur heeft dat luistert. Dat durft te zeggen: weet ge, we hebben eens nagedacht en ge hebt gelijk. Een bestuur dat hiermee erkent dat De Brugse Poort een wijk is met een soms precaire situatie, een wijk die snakt naar zuurstof en ruimte en groen en minder verkeer en meer voorzieningen. Dat het bestuur durft horen hoe de bewoners dit duidelijk probeerden te maken, en dat het bestuur zich durft gedragen als wat ze in essentie zijn: verkozen door die bewoners.
Want vergis u niet: dit gaat niet enkel over de meibloemsite. Dit gaat over de honderden binnengebieden waar projectontwikkelaars graag zouden verkavelen, hier in de wijk en elders in de Gentse dichtbevolkte 19e-eeuwse gordel. Dit gaat over al die dynamische, bruisende maar o-zo kwetsbare buurten, en hoe we samen als bewoners en bestuurders kunnen nadenken over wat de werkelijke noden zijn.

Het indrukwekkendste van alles is echter dit: de tientallen mensen die al vier jaar zo verbeten vechten tegen wat er hier bijna zou gebeuren. Met zo ver doorgedreven engagement dat ik er verstomd naar sta te kijken. De mailinglijsten, de vergaderingen, het niet-aflatende schrijven. Het aanbellen bij mensen die niet weten hoe ze daaraan moeten beginnen, aan zo’n bezwaar. Het schrijven samen met hen, het betrekken van de volledige buurt. Al die liefde voor deze plek. Al die energie. Ge kunt niet geloven hoe dankbaar ik ben dat ik daar een deel van mag zijn.

Vuistje, Brugse Poort. Vuistje.

En al

Bom.

Lang geleden kwam ik eens foto’s tegen van het blok waar wij wonen, op het grote web. Iets met een bom. En toen raakte ik de foto’s kwijt en ze leken verdwenen in het grote zwarte gat dat het www soms wel eens blijkt te zijn.

Vanavond kwam ik ze toevallig weer tegen, in dit fantastische album van Jahroen. En ik besloot ze hier te posten, want mijn eigen www is nog altijd overzichtelijker dan een ander zijn www.

1401543723_7675f5e52e_z

Een V1-bom jong. Precies op dit deel van de Brugse Poort. Op de andere foto ziet ge zelfs ons huis, maar dan zonder ramen. En voor duusd verbouwingen.

1401543721_7d1dd931c3_z

Sommige dingen krijgt ge niet zomaar kapot, blijkbaar.

projecten

Stop.

Hoe slecht ben ik in voornemens, feitelijk? Zeer slecht, zo blijkt.

Weet ge nog dat van ik fotografeer alles wat ik kook in september en dan schrijf ik erover? Ja dat. Ik fotografeerde weliswaar alles het meeste, maar veel meer dan geheugenruimte innemen op mijn telefoon gebeurde daar voorlopig niet mee. Ik zou nog altijd eens 5 minuten tijd moeten vinden om aflevering 2,3 en 4 van die serie te schrijven. Want anders is het dus geen serie en dat zou helemaal zielig zijn.

Niet vandaag echter. Vandaag schrijf ik over die ene zin in dat stukje, die u nu al lang vergeten bent.

“En ik had een nieuw projectje nodig, we moeten daar eerlijk in zijn. Maar daarover later waarschijnlijk meer.”

Dat projectje was voornamelijk nodig om mijn aandacht af te leiden van andere dingen. De afgelopen maand heb ik namelijk in stilte online in stilte, offline zeer lawaaierig een heel klein beetje afgezien, en –we gaan daar eerlijk in zijn– mijn naasten bij momenten met mij (Sorry, you guys. Really.) .

Vandaag, op 4 oktober 2015, kan ik het u echter voorzichtig vertellen: ik ben gestopt met roken. Een maand al, en ik ben geweldig fier op mijn eigen, want ik had niet gedacht dat ik het zou kunnen. TAART ALSTUBLIEFT.

De feiten op een rij:
– de redenen om te stoppen waren de gebruikelijke: gezondheid, afhankelijkheid beu zijn, het stinkt ook een beetje, de aankomende winter en het vooruitzicht rillend in de kou buiten staan roken.
– de directe aanleiding was de pup die ergens op een camping in Frankrijk vroeg: “is dat waar, dat je van roken kan doodgaan? Jef zei dat gisteren.” Ik blokkeerde efkes en vertelde het dan dan zoals het is: ja. Dat roken ongezond is, dat je er ziek van kan worden en dat er ook mensen aan sterven.
Ze dacht na en zei: “dan wil ik dat jij stopt met roken, want ik wil niet dat mijn mama doodgaat. Ok?” Ik antwoordde ok, zij speelde verder met de tak die ze had gevonden, ik vermaalde de hele verdere dag haar woorden tot een concreet plan.
– op het eind van zomer 2015 rookte ik 25 sigaretten per dag.
– ergens in de laatste week van augustus ging ik aan de champix, omdat ik van mijn echtgenoot niet zomaar cold turkey mocht stoppen. Hij herinnerde zich te levendig de vorige poging en de bijhorende periode waarnaar wij hier refereren als de zesdaagse van hypochondrie, hysterie en hyperventilatie. De champix is ok. Ik heb wat last van mijn maag, dat wel, maar alle andere bijwerkingen kunnen evengoed van het stoppen met roken zijn. Op dag 7 van de champix rookte ik mijn laatste sigaret en daarna niks meer. Nu zit ik aan champixverpakking twee, en volgens de bijsluiter zou alle afkickshizzle na deze verpakking voorbij moeten zijn. Benieuwd.

En ook:
– Het was niet zo lastig als ik dacht, vermoedelijk dankzij de pillen. Gewoontes doorbreken bleek het moeilijkst: pauzes in vergaderingen, mijn ochtendhumeur afschudden met 5 minuten alleen op het terras. Dat soort dingen.
– Elke dag rond 18h, dat was de eerste week mijn zwaarste moment. Ik moest dan altijd keer ruzie maken of wenen. Om 18.30h was het weer beter. Mijn eigen bleituurke, precies gelijk bij een baby. Ondertussen is dat wat beter, maar zie verder in deze lijst vaststellingen voor enige nuance.
– Ik vergeet de laatste week geregeld mijn pillen, en dan merk ik dat eigenlijk niet echt.
– Als ik lastig ben, dan zegt de echtgenoot tegenwoordig “ah? Hebt ge uw pil al gepakt?”. Terwijl we allemaal weten dat ik ook met champix en overigens ook met sigaretten een behoorlijk lastig meiske kan zijn. Ik zie het als een grapje, want dat is natuurlijk zijn beroep en hij zal best wel weten wat grappig is nietwaar.
– Op de kast hier in de living ligt nog steeds een halve pak sigaretten, met een aansteker. Iedereen zei in het begin “doe dat weg, kind, want als ge een zwak moment hebt dan zijt ge vertrokken”. Terwijl het gewoon een mindgame is: ik word zot van het idee dat ik niet zou kunnen roken als ik daarvoor zou kiezen. Dat niet roken is geen kwestie van niet mogen of niet kunnen. Het is een kwestie van niet meer willen. So I tell myself.
– Ik ben beestig blij dat de echtgenoot al 4 jaar gestopt is, ondertussen. En dat de BFF stoemelings drie weken eerder dan ik plots gestopt was zonder dat ze het wist. Mijn wettelijke, en de BFF zijn de mensen met wie ik het vaakst op café ga. Het is handig dat die niet meer efkes buiten gaan roken.
– Ik heb een app op mijn telefoon die mij vertelt hoe veel tijd en geld ik al heb uitgespaard. En die vol weetjes staat over de zuurstoflevels in mijn bloed en alles. Ik hou van zo’n apps.
– De belangrijkste bijwerking blijkt dat ik ook na een maand nog altijd wat bleitachtig ben: ik ween rapper dan normaal, uit onmacht of uit frustratie, of uit verdriet, maar ook van geluk. En ik kan minder rap stoppen met wenen eens ik begonnen ben.
– Ik heb massa’s meer tijd de laatste maand. Elke dag 25 sigaretten roken, dat is elke dag 25 keer 5 minuten daarmee bezig zijn. Ok, ik combineerde dat vaak met telefoontjes, autorijden of mails beantwoorden, maar toch: dat is elke dag dik 2 uur. Reken daar stops aan de krantenwinkel, tijd verloren om een briket te zoeken en dergelijke meer bij, en ge ziet dat ik het gevoel heb dat ik opeens veel meer uren in een dag heb.

Ik zou die beter gebruiken om keer te schrijven over alles wat ik heb gekookt, denk ik dan.