eten

Blaadjes.

Nergens is het breken van de winter beter voelbaar dan op de boerderij. Opeens is de grond niet meer hard maar blijft er zuigende modder aan uw laarzen plakken. Opeens zijn er overal babydieren en worden grote stukken van het veld omgewoeld door varkens. Opeens zijn handen niet meer bevroren na een half uur oogsten in een snijdende wind.

Ik zie sprietjes verschijnen op de bedden en probeer in de potjes zaaigoed in de serre te determineren wat we gaan eten de komende maanden.

En er zijn blaadjes. Na een paar maand van wortels en knollen, schorseneren en kolen, witloof en prei zijn ze daar opeens: frisgroene, jonge en heerlijke blaadjes. Warmoes, spinazie, groenlof, winterpostelein, raapsteeltjes. We plukken ze voorzichtig, en thuis worden ze met liefde gewassen.

En dan kook ik de lente. Een pesto van wat look, lekkere olijfolie, postelein, pijnboompitten en grana padano. Raapsteeltjes kort gebakken met een ajuin en wat look. Veel peper en zout. Goeie pasta erbij en veel kaas erover.

(Wij schreven gisteren in voor een nieuw jaar CSA-boerderij. Interesse? Mail Naomi.)