Ja! werk

Aidan.

Er stonden zeker 60 stoelen in de zaal. Wit, in ‘t gelid. Er zaten 15 mensen in de zaal. Ik nam mijn koffie mee en keek — zo onopvallend mogelijk — naar de oude man vooraan. Hij rommelde wat met stiften en flipboards. Glimlachte elk van ons toe.
Hij leek de lage opkomst niet erg te vinden, maar mij irriteerde het. Hier stond een held, en mijn studenten hadden zijn naam niet reflexmatig aangeduid bij de programmakeuze. Soms lijken generatiekloven onoverbrugbaar en dat maakt mij een beetje droevig.

Hij schreef mijn allereerste Engelse boek. Daarom is hij een held. Ik las “Je moet dansen op mijn graf”, de vertaling, ergens in het eerste middelbaar. In één ruk, zonder de nuances, maar opgezogen in het verhaal. Een instant fan. Een jaar of twee later zag ik in de bibliotheek “Dance on my grave”. En ik herlas het, opnieuw in één ruk. Terwijl ik niet eens wist dat ik dat kon, lezen in het Engels. Van toen af wel, en daarom is hij mijn held.

Bijna 80 is hij, ondertussen. Een uur lang praatte hij met zachte stem en verbazende humor over kinderen aan het lezen brengen. Over de rol van ouders en leerkrachten. Daarbij maakte hij schema’s op het bord, vermeldde terloops zijn haat voor powerpoints, zijn liefde voor iPads, zijn angst voor luchthavens en hoe hij op zijn elfde pas ontdekte wat een bibliotheek was. 80 al. Ik durf niet te berekenen hoe groot de kans is dat mijn studenten hem ooit wel horen praten.

Vandaag was ik met mijn studenten op een studiedag, voor Mind The Book. Ik laafde mij, net als een paar jaar geleden, een uurtje aan het enthousiasme van de heerlijke Tine Mortier. Tine verpatste me een gesigneerd boek voor de dochter, natuurlijk (of liever, ik smeekte haar: hier neem mijn geld), en dat was aanleiding tot een wonderlijke conversatie deze avond. Daarover later meer. Ik zag oud-collega Sterre hele fijne dingen doen met gebarentaal en soundpainting. En ik luisterde naar Aidan Chambers.