Year: 2012

eten Ja!

Gomashio. Maar echt.

Het allerlekkerste wat ik voorlopig heb ontdekt sinds wij hier vegetariër spelen is zonder twijfel gomashio. Maar echt. Sesamzaadjes en grof zeezout, geroosterd. Zo simpel, maar het heeft mijn leven echt mooier gemaakt. En mijn rijst lekkerder. En op salades, nomnomnom. Gomashio is mijn favoriete strooisel, met straatlengtes voorsprong.

In zakken van een halve kilo voor een paar euro’s te verkrijgen in de bioplanet. Bij de kruiden. Het is graag gedaan.

kinderspam

School moet niet voorbereiden op het leven, school moet het leven zelf zijn.

Ik kom op heel veel scholen in het Gentse, door mijn beroep. En ik krijg dan ook heel vaak de vraag, van vrienden en kennissen: we moeten een school kiezen, en we weten het niet goed. Wat vind jij een goeie school? Ik moet dan altijd antwoorden dat ik dat niet kan zeggen, want wat een goede school is voor mij, dat is de horror voor iemand anders. En sommige van mijn beste vrienden sturen hun kinderen naar scholen waar ik zelf nooit voor zou kiezen. En toch zijn dat fijne mensen, en topkinderen. Bovendien denk ik ook dat een school geschikt kan zijn voor het ene kind, en absoluut niet voor het andere. En niemand kent kinderen beter dan hun eigen ouders, dus advies geven is in deze absurd.

Kijk naar uw kind, en kijk naar uzelf, dat is het in een notendop. Zoek een school waar uw kind op zijn/haar plaats zit, en waar u content van wordt.

Enfin. Wij hebben een school gekozen, methode-onderwijs (jenaplan), en een aantal mensen hadden verzocht om daar toch eens iets over te schrijven. U vraagt, wij draaien, zo gaat dat hier op kerygma, maar alles hieronder is dus onze eigen hoogstpersoonlijke keuze. Ik vel geen oordeel over andere mensen hun keuzes in deze. Het is niet omdat u er anders over denkt dat ik zeg dat u niet voor uw kinders zorgt zoals dat hoort. Dus voor u op uw paard springt: geen oordeel, persoonlijke keuze. Herhaal vijf keer als u verontwaardigd zou zijn. (more…)

projecten

#wijvenweek. Fin.

Ohmygawd, wat bent u de max. U heerst echt keihard, weet u dat?
Met 289 was u, de afgelopen week, en ik ben daar zeer van onder de indruk. Ik heb zo veel gelezen, zo veel ontdekt, zo veel gezien, zo vaak gedacht verdomme toch en even vaak hardop gelachen. En ik ben nog niet eens halverwege met lezen. Wijvenblogs.be blijft overigens nog een tijd online, en elkeen van u mag de komende dagen, weken, maanden een bezoek van mij verwachten. Dus de dames die herbegonnen zijn, speciaal voor deze week: voortdoen, jong. Ik lees u graag. Ja, ook gij, raw.

Iedereen opnoemen zou mij te ver drijven, maar toch enkele heel speciale roze vind-ik-leuk-duimpjes.
Lilith, natuurlijk, dat is evident. Schrijven dat dat kind kan, maar echt. En Michel, die de wijvenblogs.be eigenhandig in elkaar heeft geknutseld en heeft voorzien van topposts over zijn ergernissen en zijn innerlijke beautyqueen. Merci, Lilith (en youri! youri ook!) en Michel. Voor de leute en het plezier.
Ook een aantal mensen die helemaal in mijn feedreader ingebakken zitten, maar die ik ook nu weer keer op keer zo zalig vond. Nina, die ik al eeuwen volg, maar die zich zo gesmeten heeft deze week en die van zo ver komt. En Marie. Mijn lieve Marie, nog steeds één van mijn favorieten, omdat ik haar zo vaak lezen met iets tussen grijnzen en bleiten. Topwijf, en ik ben fier dat haar virtueel erf geburen is met dat van mij.
Ysabje, die de mooiste zinnen maakt. “Ik ben \’mevrouw\’ en niet meer fietfieuw op straat.”, ik heb dat direct in mijn notitieboekske geschreven.
En de minst politiek correcte, die zou ook beter wat vaker meer dan 140 tekens schrijven. Te beginnen met een boek over opvoeding.

Ook. Anne. Verdomme, ik ben blij dat Anne weer schrijft. Omdat het met hervonden adem te maken heeft in mijn hoofd en dat ik haar dat zo gun.

Nieuw in mijn feedreader, verder — en voorlopig, ik moet nog veel lezen:
Amoorie, Ann, Madrina, Bentege, Elke, Fake Plastic Ruby, Gammet, Rini, Jan en Oona.

Maar ook wie ik vergeet, of nog moet ontdekken: ge waart allemaal keihard topwijven. Merci, en misschien tot in de nabije of verre toekomst voor een derde editie!

Nog één iets tot slot. Na deze week staat het vast. Ik wil mij leren schminken. For reals. Wie gaat mij dat leren, ladies?

projecten

#wijvenweek. Ik zal anders eens mijn eigen complimenteren. Dikke duim, i., dikke duim.

Fier ben ik op mijn kind, dat springt en vliegt en lief en beleefd is. En mooi. Ze is bloedmooi. Ze spaart kuren voor intieme kring en is buitenshuis altijd op haar beste gedrag, zodat ik ongeneerd trots kan zijn. Ik laaf mij aan complimenten, en ik krijg er die fijner zijn dan ik ze ooit zelf had kunnen bedenken. Dat ze altijd zo onversaagd gelukkig is. Dat ze zo vol in het leven staat, precies. Ik had niks meer kunnen wensen.

Fier ben ik op mijn lief, die springt en vliegt en de mooiste dingen maakt. Kasten, tekeningen, liedjes, en dingen die de mensen laten lachen. Ik laaf mij aan applaus en gelach, terwijl hij grijnst en buigt. Het is zalf voor de soms lange weekendavonden alleen.

Fier ben ik op mijn familie, die het onmogelijke kunnen, en altijd met hun hoofd omhoog verderdoen. Op mijn vrienden, die slim zijn en grappig en mooi. En zo vlot dat ik oprecht onder de indruk ben, somtijds.

Maar het ging over mijn eigen zeker? Eigen stoef, eigen lof vandaag. Welaan dan.

Ik, ik ben de dapperste van allemaal. U gelooft mij misschien niet, maar ik ben echt keihard een durver.

Hier op mijn blog, maar ook in het echte leven. Ik ben moedig en ik durf en ik ben daar vreselijk fier op. Omdat het niet vanzelf komt, en ik vaak het liefst in een bolletje zacht neuriënd heen en weer wil zitten wiegen in plaats van de dingen te doen die ik doe. Ik doe ze toch, omdat ik weet hoe cool het uiteindelijk altijd is. Dat helpt.

Ik durf mijn ogen te sluiten, diep adem te halen en te springen, zonder te weten waar ik uitkom. Ik durf de consequenties bewust niet te overdenken.
Als ik zin heb om ergens over te schrijven, dan doe ik dat. Ook als ik weet dat mensen mij vuile mails gaan sturen. Toen Het Project startte, en ook nu weer met de #wijvenweek, toen wist ik dat er kak zou komen en dat die op mijn hoofd zou gemikt worden. Maar ik sluit mijn ogen, en ik spring.

Ik ben het soort vrouw dat de zogenaamd ideale job (veel verlof, veel zekerheid, niet hard werken) achter zich laat omdat ze niet zo content meer is. Zonder aarzeling en met veel bravoure.

Ik ben het soort vrouw dat op reis gaat naar een ver continent, alleen met een vriend van een vriend die ze eigenlijk niet kent. Wekenlang.

Ik ben het soort vrouw dat tegen haar lief zegt: weet ge wat, stopt anders met die vaste job in het onderwijs en probeer dat artiestengedoe eens, want zo halfenhalf, dat wordt nooit wat. Doe maar zoetje, we redden het wel.

Ik ben dapper en moedig. En fier dat ik dan ben eens ik gedurfd heb. Ge moet het ook eens proberen.

projecten

#wijvenweek. Waar ik nooit over zou schrijven.

(…)
“Ge moet niet zo met uw ogen rollen. Ik zeg dat toch alleen maar omdat ik weet dat het anders niet gebeurt.”

Hij kijkt verontwaardigd.

“Ja. Het is toch waar zeker. Als ik niet zeg wat er moet gedaan worden dan zit ge een hele dag met uw muziek te prutsen. Of weetwat? Photoshopt nog een beetje.”

Het zal gaan hé, juffrouw.

“Oh jong. Het is al goed. Ik zal het morgenavond *zelf* wel doen. Als ik thuiskom van een hele dag stagebezoeken en daarna *uw* kind heb gevoederd, in bad heb gedaan en in bed heb gestoken. Want het is niet alsof ik iets beters te doen heb. Ik heb toch geen leven, want gij zijt altijd gaan optreden, en ik zit hier toch maar elke avond alleen. Tsssjjj.

Soms ben ik niet fier op mijn eigen, neen. Als ik moe ben, als mijn hoofd pijn doet, ik opgedraaid ben na een hele dag hollen en lopen en mijn huis dan ook nog een puinhoop is, dan zoek ik ruzie met mijn lief. Echt zoeken.

Ik zeg dan dingen waarvan ik weet dat ze hem raken. Dingen die ik niet meen, maar die ik toch zeg. For the sake of argument. Dat hij niet genoeg doet in huis (wat niet waar is, hij doet alles wat hem gevraagd wordt en soms zelfs meer), dat hij zijn tijd verdoet met nutteloze zaken (terwijl dat zijn job is, en bezig zijn met andere dingen de snelste weg is naar goede ideeën en ik dat weet en begrijp), dat hij mij te vaak alleen laat (terwijl ik dat eigenlijk wel fijn vind, die ruimte voor mezelf, en dat het altijd extra leuk is als hij dan toch een avond hier is).

Ik zoek ruzie. Ongegeneerd en expliciet. En als hij zich kwaad maakt dan begin ik te grienen dat hij zo grof niet moet zijn.

En dan zegt hij: “maar schaap, toch” en pakt mij eens vast. Misschien dat ik volgende keer gewoon vraag om dat vastpakken, het zou ons allebei een hoop ellende besparen.

Ha, u dacht vast dat het hier altijd koekenbak en maneschijn is. Maar vandaag is de dag we voor wijvenweek bloggen over iets dat we normaal gezien verzwijgen.