Month: September 2012

kinderspam

Iemand leert haar proper Nederlands. Geen idee wie.

Froufrou, dat zeggen wij hier thuis tegen het stuk haar dat voor uw voorhoofd staat en ge af en toe moet laten knippen. Maar de mini heur vocabularium wordt blijkbaar ook elders uitgebreid. Zij het niet altijd met de correcte duiding erbij, zo konden wij vanavond vaststellen.

Ik lig met de Mini in de zetel, en staar uitgeteld naar Jake en de Nooitgedachtpiraten. De Mini heeft een heel grote crush op Jake, maar dat is een ander verhaal. Een verhaal dat ik uitgebreid en met woordspelingen plan te vertellen tijdens de speech van haar trouwfeest. Terwijl we druk liggen en kijken, wrijft en prutst ze in mijn haar. Alles naar voor, zodat het voor mijn ogen hangt.

Ze kijkt op, begint hard te lachen en gilt: mahahaha, mama, jij bent een pony!

En al

Over semantiek.

Naast ons woont een familie met Turkse roots.
De gesluierde mama spreekt nauwelijks Nederlands, behalve als ze de mini ziet, dan kent ze het woord schatteke. Na vijf jaar gebuurschap maakt ze ook een praatje met mij: mooi weer. koud hé. jouw baby is al groot. Veel werk in huis?
De papa spreekt Frans, en ook wat Nederlands. Maar hij weet dat wij Frans spreken, dus converseren we in het Frans. Ik vind dat niet erg, wat mij waarschijnlijk een slechte Vlaming maakt, but my funky ass, peoples.
De kinderen, die zijn hier geboren, de jongste is een jaar of 16. Op straat babbelen wij zoals buren dat doen. Ze vertellen over school, over werk, over wat ze later willen doen. “Ja, ik word soms wakker als ze schreit ‘s nachts” zei de 18-jarige ooit, toen de Mini nog een bewerkelijke baby was. “Maar dat is niet erg, zo zijn kindjes. Ik hoop dat ik er later ook krijg, kinders.”

Twee huizen verder woont een gemengd gezin. Zij Belgisch, hij Togolees. De dochter heerlijke koffie-met-melk en op de drempel van de puberteit. Daarnaast een gezin met Marokkaanse roots, de dochters op hoge hakken en met strakke jasjes. De mooiste meisjes van de straat.
Ook in diezelfde straat: de vriendelijke buurman met de lichtbruine kindjes bij Mira op school. De stuurse mensen met de gesluierde mevrouw die na drie jaar nog niet verder komt dan een verlegen knikje. De Afrikaanse familie met de gasten die altijd op straat spelen. Enzovoort, enzoverder.

In de klas van Mira: veel blonde kopjes. En ook de zoon van één van mijn studentes, met een bruin velleke wegens een donkere papa. En een kindje dat alleen Turks spreekt, voorlopig. Veel kinderen waarvan ik niet weet welke taal hun ouders spreken, omdat het niet eens relevant is.

Allemaal allochtonen, wel, naar het schijnt. Ge moet ons hier in de Brugse Poort niet leren dat dat een beetje absurd is. Leve De Morgen, dus.

Ja!

Soms.

Soms heb ik van die rare dingen voor. Omdat ik staar naar mensen, waarschijnlijk, en schaamteloos vragend kijk als ik curieus ben. Zoals deze zomer bij de leukste boekenboer van Gent. Er zat een jongen te tekenen op een iPad, ik zocht een boek van Dr. Seuss, omdat onze inhuizige hollander die in ons gezin binnenbracht en de dochter een nieuw exemplaar gevraagd had voor haar verjaardag. Maar dat is een ander verhaal.
De jongen legde — dankzij mijn vragende blik, waarschijnlijk — wat verward uit wat hij deed. En dat hij op maat verhaaltjes kan maken, bijvoorbeeld voor een verjaardag, van een drietal prentjes.

Ik snapte er niet zo veel van, en knikte wat. Maar het waren wel mooie prentjes, dus gaf ik mijn mailadres en zei: stuur keer iets door.

Vandaag kreeg ik, een maand na datum en de ontmoeting al vergeten, een mailtje, met voorbeelden van prentjes en een link naar een blog. En het filmpje dat hij aan het tekenen was, toen in de winkel. Ik snap er nog steeds niks van, maar het is wel schattig, vind ik.

Ja!

Mama-tijd.

Of ik zin had om eens langs te komen, mailde ze. Een massage van een uurtje, en dan er eens over bloggen. Eender wat, want ze was toch behoorlijk zeker dat ik het leuk zou vinden. Terecht, zo bleek, want na een aangenaam gesprekje en een heerlijke massage kwam ik vrijdagvoormiddag helemaal doezelig en relax bij haar buiten. En laat dat nu net de bedoeling geweest zijn.

Fran, gezondheidsconsulente en zelf mama van drie, heeft in Merendree (net naast Drongen, laat u niet afschrikken) mam-me time, en is gespecialiseerd in alles wat een moeder zou kunnen nodig hebben, zorgsgewijs. Het uitgangspunt is dat van moeders een boel dingen verwacht worden en dat we onszelf al eens durven vergeten, maar dat het allemaal zoveel gemakkelijker gaat als we ook goed voor onszelf zorgen. De kern zijn de massages, met aromatherapie of zonder, maar u kunt er ook voor andere dingen terecht. Geen dokter, osteopaat, of vroedvrouw, natuurlijk, maar een soort aanvullende zorg. Zo heeft Fran advies bij borstvoeding, voedingsadvies en stressmanagment en is er een webwinkel met allerlei verzorgingsproducten. Binnenkort is er ook een workshop rond zelf verzorgingsproducten maken (ik citeer uit ons gesprek: ik zou nooit iets op mijn vel smeren dat ik niet durf opeten) met aansluitende ladies-lunch.

Maar de massages dus. Deze dame heeft gouden handen, mensen. Ik kreeg een volledige lichaamsmassage, maar er kan gewerkt worden aan specifieke klachten. Je kan bij mam-me time ook terecht voor zwangerschapsmassage en baby-massage (die je daar kunt aanleren). Vrijdag en gisteren was ik even wat verbolgen, wegens toch wel wat pijn in mijn rug. Maar guess what: vandaag voelt mijn dekselse rug veel beter dan de maanden voor de massage. Een beetje een reactie dus, de afgelopen dagen, maar sinds vandaag voel ik het effect echt heel goed. I’ll be back, al was het maar omdat zo’n uurtje af en toe alleen uw eigen lijf laten verzorgen vreselijk veel energie geeft.

projecten

Grmpf.

Regel 1 van de doe-het-zelver: alles duurt altijd langer dan verwacht.
Regel 2 van de doe-het-zelver: negeer steeds regel 1, want anders hebt ge nooit de moed om aan iets te beginnen.

Wacht. Ik leg het uit.
Vorige week donderdag besliste ik dat we van de laatste vrije middagen en de laatste droge nazomerdagen misschien gebruik konden maken om efkes het raam van mijn bureau te herschilderen. Want ik had toch lak over van de ramen boven, en het was behoorlijk dringend aan het worden. Afbladderen is niet het gedrag dat ik van mijn kozijnen verwacht, want de volgende fase is raam kapot en nieuwe ramen, dat zit er niet in, zo verbouwingsbudgetgewijs. Geen nood: ik zou dat wel eens regelen op een halve dag. Maximum twee halve dagen.

Ha.
Ha HA.
OVERMOED.

Deel 1. Vrijdagochtend bracht ik de dochter naar school, en reed vervolgens door naar de gamma, voor primer en bijhorende borstels. Aangezien ik daar nu toch was, zocht ik ook efkes naar producten om de kelder waterdicht te maken, en passant de klussende mansmensen met verstomming slaand met mijn technisch jargon. Newsflash: het is niet omdat ge hakken van 11 cm draagt dat ge niet weet hoe sneldrogend cement werkt, heren. En trek uw broek op, het is niet omdat ge in een doe-het-zelf-zaak loopt dat ik wil weten waar de lijn van uw zwembroek zich bevond, deze zomer op het strand in Spanje.

De gamma hier in Gent heeft legendarisch trage kassadames, dus was ik om half elf terug thuis. Een korte inspectie van het raam leerde dat we beter de oude verf eraf konden halen. Om elf uur had ik al mijn materiaal (verfbrander, schuurmachine, ladder, schuurpapier, verlengkabel) en vuile kleren aan. Al een geluk dat wij hier thuis uitgerust zijn met Makita’s en co van allerhande variëteiten, en dat we ondertussen al enige ervaring hebben op het verbouwfront. Al bij al ging het materiaal verzamelen dus verbazend vlot. Lees: ik weet dat we het ergens hebben, dus ofwel ligt het in de kelder-chaos, ofwel in de zolder-chaos. Go!
Gedurende anderhalf uur deden wij vervolgens van afbranden en afschuren, en merkten dat het hele gedoe iets langer zou duren dan voorzien. No shit, Sherlock.

Enfin. We moesten na de middag naar de school van de dochter, en daarna naar brussel: douche, boterham schrokken en staking van de werken toen we eigenlijk nog maar goed in gang waren.

Deel twee. Zaterdag. De Mini weigerde een middagdut te doen, dus veel doorwerken zat er niet in. Rond vier uur haar dan toch meegenomen en met krijt laten kliederen op het trottoir. Ikzelf één oog op de verfbrander en het steekmes, één oog op de dochter en het verkeer. Na een half uur de vaderlijke auto voor de deur geparkeerd, als buffer, en de mini voorzien van emmer en dweil. Als u mijn lief ziet rijden, en u vraagt zich af waarom de ene kant van de Fiat vuil is, en de andere proper met strepen: ze moest op het voetpad blijven. Na anderhalf uur: staking van de werken wegens dochter verveeld.

Deel drie. Zondag. Tijdens de middagdut, om twee uur ‘s middags op de zuidkant, wat met de verfbrander staan klooien. Vervolgens staking van de werken om naar plage tatoeage te trekken wegens oververhit.

Deel vier. Maandag. Dochter naar school, vuile kleren aan en dan vloekend de rest van de schuurwerken gedaan. Vloekend, omdat ik op maandag eigenlijk de kelder waterdicht zou maken, maar dus nog altijd in fase 1 van de raamwerken zit. Na het branden kwam het schuren, het ontstoffen, ontvetten en afgeplakken. Om half drie lag de eerste laag primer erop. Eindelijk.

Nu nog twee lagen lak, telkens met 8 uur drogen ertussen. En hopen dat het niet te veel regent, de komende weken. Dat is niet goed voor de kelder, namelijk, want die is niet waterdicht.