Het zal wel rap voorbij zijn, denk ik op positieve momenten. Het zal wel meevallen. En dan sluit ik mijn ogen en kan het stof van drie jaar geleden nog proeven. Stof, stof overal stof. En puin en steengruis. En modder. Jeukende isolatiewol. En had ik al gezegd: stof?
Ik voel de koude van half oktober en geen achtergevel. Het was geen oktober 2011, die oktober 2008. Hoe het voelde om ‘s ochtends op te staan en de ijskoude wind door de plankenvloer te voelen. En uw senseo te maken met water uit de badkamerlavabo, waar de afhaalchinees van de vorige avond (in bed opgegeten wegens geen tafel) nog lag te stinken.
Ik weet nog te goed hoe het was om een jaar geen vloer te hebben, en wortelkes te snijden op een mdf-plank, omdat ons werkblad nog in bestelling was.
Ik weet dan dat het niet rap zal voorbij zijn. En dat het verdomd veel pijn zal doen. Maar het is beslist: het huis gaat nu in de laatste eindspurt naar de afgewerkte versie. Dit voorjaar en deze zomer werken we de de inkom, gang, de badkamer en de kamers boven af. En daarna komt onze tuin erbij (owyes, baby, we kunnen een tuintje bijkopen).
Ik kijk er zo naar uit, echt plakwerk en een mooie badkamer en een echte twee kamer en een tuin. Maar tegelijk: als ik het stof proef van drie jaar geleden, dan loop ik nu al te vloeken.