Year: 2010

Neen!

Of toch wel.

Ik heb al bijna drie weken hoofdpijn. En pijn in mijn nek en mijn schouders. ‘s Nachts word ik er wakker van, overdag bepaalt het mijn ritme. Ik slik pijnstillers om het onder controle te houden, maar ook dan blijft het een sluimerende, knagende pijn. Vermoeiend is het. En frustrerend.
Ik ben niet naar de dokter geweest, neen. Omdat sommige dingen nu eenmaal niet zo gemakkelijk kunnen verholpen worden door de dokter, denk ik. Het zijn de examens, en het verbeteren. Constant dezelfde houding, veel stress, te weinig rust. Na lang aandringen van het lief ging ik dinsdag dan toch naar nonkel osteopaat, die mijn nek en schouders en rug losmaakte en me instructies meegaf: oefeningen, en twee liter water en twee stukken fruit per dag. En een nieuwe afspraak maandag.

Gisterenavond echter: plots ijskoud en trillerig. Koorts genomen en hopla 38,2. Vanmorgen alsnog een afspraak gemaakt bij meneer dokteur, en er is blijkbaar sprake van een onsteking. Voorhoofdholtes en andere vieze woorden.

Het worden leuke zomerse dagen, ik voel het.

internet

Achterstand.

Door al dat gedoe met de examens heb ik dus een gigantisch achterstand in de niet-schoolgerelateerde zaken. Zo moet ik dringend de foto’s van een cadeautje dat Mira van Oontje kreeg van mijn kodak halen, zodat ik kan stoefen. En diezelfde Oontje vroeg trouwens recent ook naar hoe een kind van de jaren 70 er wel mag uitgezien hebben. Awel, azo dus.

En al

Moe.

Ik denk dat het Fons was, die ooit zei:
als ge zelf kinders hebt gaat ge kwaad worden op studenten die zeggen dat ze moe zijn. Moe, moe, gaat ge zeggen, gij weet niet wat moe zijn is.

En het is nu niet dat ik kwaad word als andere mensen zeggen dat ze moe zijn, en studenten die hebben het heden ten dage ook niet gemakkelijk met al dat blokken en samenvatten en dan hebben we het nog niet eens over de hormonen van 20-jarigen en de invloed van de zon daarop. Maar toch: ge weet niet wat moe zijn is, voor ge kinders hebt. Het is ook een ander soort moe. Een chronisch moe. Ik kan mij niet herinneren dat ik de afgelopen tien maand als eens echt, oprecht, volledig uitgeslapen ben geweest.
De miserie is dat kinders zo dikwijls slapen op momenten dat volwassen mensen wakker zijn, en dan *niet* als wij willen slapen. Middagdutje van twee uur een half? No problem sir. Om half negen zonder morren het bed in? Dat is goed, mama. Maar in het weekend een beetje tot acht uur ofzo slapen: ho maar.

Normaal doe ik gewoon keihard mee met die dutjes overdag, en dat maakt alles een stuk draaglijker. Bovendien is mijn dochter zo’n vrolijk kind dat zich al gemakkelijk eens een uurke alleen kan bezighouden. Meestal kan ik dus wel wat werken terwijl ze hier de vloer dweilt met haar propere broek.

Edoch. Het is momenteel weer die tijd van het jaar. Die semesteriële hel van verbeteringen die mij elke keer weer kortstondig naar een andere job doet verlangen. En om te verbeteren moet een mens geconcentreerd zijn, en dus kan dat niet terwijl het kind in vol enthousiasme op een piano aan het rammen is. Met een lege evian-fles.

Ik werk dus terwijl zij slaapt. En ik doe andere dingen terwijl zij wakker is. En ik slaap terwijl… euhm… ik slaap gewoon te weinig.

Vermoeidheid is een permanent deel geworden van mijn zijn. Samen met ochtendhumeur, intelligentie en dazzling beauty, natuurlijk.

projecten

Finale! Finale!

Finale maat en we waren al te laat. Allez, we waren niet te laat, maar ik kon niet schrijven want we waren nog aan het eten. Wel gezien: Azerbeidzjan die alle ledlichtjes uit de halve bevolking hun computer heeft opgevorderd voor in hun poppemie haar kleed, Spanje die dat goed deden, en mime-spelers meehadden én een meneer die security-gewijs moest verwijderd worden (hilariteit in de living trouwens toen André zei:”in 1974 is dat ook gebeurd, namelijk…” André is gewoon het songfestival in vlees en bloed. Verder ook: een doodsaai nummer van Noorwegen en de mini-saxefoon van Moldavië. Een jongen van Cyprus die een beetje gelijk onze Tom is, maar beter Engels kan. En iets dat we nu al vergeten zijn.

Maar daar is Tom! De vrouwen uit het gezelschap (klijn en ik, that is) denken dat hij gaat winnen. Het lief is zeer in dubio en zegt gemene dingen die ik hier niet ga herhalen. Jeremy is vooral stil, ik vermoed onder de indruk.

Na afloop concluderen wij dat de drugs die de heer Peeters Bart neemt dringend voor iedereen gratis beschikbaar moeten gesteld worden. De wereld zou een betere plaats zijn, direct.

Servië is up. Het lief “als hij hetero is, laat ik mijn *** in het acajou verven”.

Witrusland. Klijn en ik weten wat er gaat gebeuren en observeren de heren. Die ene mevrouw heeft wel iets vreselijk voor met haar haar. Veel te veel lak. Of iets anders, ik wil het niet weten. En hop, daar zijn de vlinders. En daar is de verbijstering op de gezichten van onze wederhelften.

Ierland is rost. Normaal is jeremy nogal aan rost, maar deze keer dus niet. Blij dat de windmachine er ook weer bij is!

(commentaar geven gaat minder goed als er vier mensen bij u zitten, man). Ik ga met kernwoorden werken vanaf nu.

UK. Neus.
Georgië. Geen geld voor schoenen.
Turkije. Robotsriptease. Uit de hand gelopen brainstorm met te veel alcohol.
Albanië blijft mijn favoriet. Na Tom natuurlijk. Go Tom!
Ijsland. Ik weet niet goed waarom dit bij zoveel mensen favoriet is.
Oekraine. Veel windmachine voor zo weinig kleedske. Is waarschijnlijk de luchtverplaatsing van Ijsland nog.
Frankrijk. Kanshebber, denken wij.
Roemenie en Rusland. Rookpauze!
Armenië. Ik vind het altijd een voordeel als er een toneeltje bij is. En iets dat uit een steen of een blok ofzo komt.
Duitsland. Eet iets, meiske. Het nummer is goed, maar ze zouden het beter door iemand anders laten zingen. Kylie Minogue ofzo.
Portugal. Israel. wij vinden dat het gedaan mag zijn als het zo is.