Gisteren is de laatste zonde van de zendtijd opgenomen. Een klein huppeldansje was mijn deel na afloop: hij is terug, el hombre.
En hoewel ik stikkapot ben (in bed om half drie, baby wakker om 6 uur, ge kent dat wel), ben ik vrolijk als een vlinderke. Ik kijk ongelooflijk uit naar de komende weken. Want nu gaan we rondhangen in de stad, en af en toe een koffieke drinken, en eens naar een filmke kijken ‘s avonds. En als de baby ziek wordt, dan is er iemand die samen met mij bedenkelijk aan haar hoofdeke kan voelen en waaraan ik kan vragen: denkt ge dat het erg is? En we gaan ook al eens afwisselend opstaan, en ik kan dan ook nog eens zonder baby in bad.
Hallo, ik ben i. en ik heb een lief. Neen, echt, ik heb hem niet verzonnen: ziet, daar zit hij aan de tafel in ons huis