Year: 2009

En al

In het openbaar is dat nog een ander paar mouwen.

Het went hoor, een trailer zien op de lichtbak waar uw lief in meespeelt. Thuis in uw zetel is dat na een tijd zelfs niet zo bijzonder meer.

Maar in de Mac Donalds, dat is iets heel anders, meneer. Daarvan wilt ge wegkruipen in uw Big Mac dooske, omdat ge bang zijt dat de mensen gaan kijken en linken leggen.

Gelukkig gebeurde dat niet. Misschien omdat hij een zebra-masker ophad en ik een nijlpaard. Volledig incognito, wij.

Morgen! Morgen!

En al

Honderden.

Ik heb vandaag honderden mensen de hand geschud. De meesten hadden een gezicht dat ik nooit eerder had gezien, en elke handdruk was verschillend: snel, bedachtzaam, slap, hard, stevig of bijna onmerkbaar.
Sommige — meestal de meer bekende, maar heus niet alleen die — gezichten drukten hun wang tegen de mijne. Als een hand niet genoeg is, kan een zoen misschien troosten.
Toen er een boel gezichten en handen waren geweest, vond het witte kleed het genoeg: de rest werd kordaat weggewuifd en moest maar een andere keer groeten. De kerkgemeenschap heeft een strak tijdschema, en dat is in rouw niet anders, zo bleek.

Bram Vermeulen deed de tocht naar voren, en we legden bloemen op de kist. Terwijl hij ons lachend aankeek.
Daarna luisterde ik dankbaar naar mijn lief, die woorden uit het schrift van mij overnam, omdat het niet zou lukken. En ik slikte volhardend tranen weg om dan een voorbede te lezen.

Er was vrieskou, een palmtak en een graf, er was soep, kalkoengebraad en appeltaart toe. En op het eind honderden kaartjes van de mensen die ‘s ochtends mijn hand hadden geschud.

Nu is er stilte.

Ja!

HALLO!

Gister na de middag belde ik even naar vriendin klijn, om de avondplannen te finaliseren. Dochter Helena, 2-en-een-half en bijzonder flink schoolgaand tegenwoordig, liet op de achtergrond weten dat zij ook wilde telefoneren. Dus werd de walkitalki doorgegeven.

– HALLO!
– Dag Helena
– HALLO!
– straks komen wij naar jullie, hé, helena
– ja. jarig! (mompelt dingen die ik niet begrijp)
– euhm. ja. weet jij waarom wij komen, helena?
– JA!
– het is feest é, weet jij welk feest?
– JA!
– het is nieuwjaar, straks, daarom komen wij

Waarop helena minutenlang onverstaanbare dingen begon te brabbelen, die ik wanhopig probeerde te begrijpen. Dat lukte niet. Tot ze opeens riep

U kapoen, Helena. 1 januari 2009!

En zo hoorde ik haar allereerste nieuwjaarbrief. Niet voor mij bestemd, eigenlijk, maar who cares.