Year: 2009

werk

Pfieuw.

Het grote voordeel van examens voor de kerstvakantie, is volgens mij de kerstvakantie die erop volgt. Of in het hoger onderwijs: de intersemestriële vakantie die nu bezig is. Een week uitblazen na de examens.
Wij hebben er met onze opleiding echter voor gekozen om die week vakantie te verschuiven naar de traditionele krokusvakantie (die je normaal niet hebt, in het hoger). Er zijn daar veel voordelen aan verbonden: de collega’s met kindjes moeten geen opvang voorzien, de collega’s met partners in het basis-of-secundair onderwijs hebben samen vakantie, en we verliezen geen stageweken (als de stagescholen niet werken, kunt ge geen studenten op stage sturen, inderdaad). Edoch: we hebben een klein detail over het hoofd gezien. Maandag, de dag dat de punten binnenmoesten, was meteen ook de dag dat het nieuwe semester begon. Afronden, even ademen enzo was er dus niet bij. Dat is raar en een beetje vermoeiend.

Maar! Redenen ook om vrolijk te zijn: dit semester wordt bijzonder interessant voor mij. Er is een nieuw vak rond diversiteit én in kleuter ga ik gigantisch veel didactiek geven dit semester. Nieuwe zaken! Spannende lessen! Uitproberen!
En: donderdag bespreken we een nieuw keuzevak voor het curriculum van volgend jaar waarvoor ik massa’s ideeën heb.

werk

Tellen.

Eigenlijk zou ik eens moeten tellen hoeveel keer ik tijdens zo’n examenperiode tel hoeveel examens ik nog moet verbeteren.
En hoeveel tijd ik daarmee verlies, eigenlijk.

Ja!

In your face, life.

De afgelopen week was hels. Vijf volledige dagen mondelingen afnemen, dat is redelijk lastig en ge geraakt daar mentaal uitgeput van. Gisteren laat, na de opname van ZVDZ, zag ik in de bar een groot brandplusapparaat staan. En het enige wat ik kon bedenken was hoe fijn het zou zijn om daar in een bolletje achter te kruipen en een potje te janken. Om maar te zeggen: precies een beetje moe, die i.

* Fast forward*

Een gevoel van ultieme luxe, dat is soms eenvoudig te bekomen. Het ligt aan een combinatie van anachronisme en contrast, zo blijkt.
In bad gaan, dat doet een mens na een lange werkdag, normaal gesproken. ‘s Avonds, als al het leven en hollen gedaan is en ge een hele dag flink zijt geweest. Maar een bad ‘s ochtends, op klaarlichte dag, met de weekendkrant en een kop koffie, in een badkamer waar de verwarming 2 uur eerder liefdevol door de heer des huizes werd aangezet: dat is pure luxe. Vooral als er beneden een rommelhuis staat (dat maar moet wachten met opgeruimd worden), er een stapel verbeteringen wacht die nauwelijks te overzien zijn (maandag, puntenindiendag) en ge net veel langer dan goed voor uw planning hebt geslapen.

Dan nog een uur in een bad liggen dobberen, in plaats van verantwoordelijk te zijn en te werken, dat voelt als een grote “ha! in your face, life!”. En dat doet ferm veel deugd.

Van een ander

Thuiskomst.

Ik heb je lief, al kan ik het niet weten,
Ik bedenk het als je thuiskomt van een dag
in je leven. Maar het is geen gedachte.
Je streelt mijn wang en wie weet,
dat gebaar. Het wordt duizend keer gemaakt
voor het bestaat. Hangt je jas aan de kapstok,
iets van niets, maar morgen ontbreekt het
misschien. Of schudt de dag uit je haar.
Wat ik dan daarin zie, is het begin.
Het huis ontstaat, de tafel neemt plaats,
wij veroorzaken elkaar. Het is toch niet
denkbaar dat iemand dit alles verzint.

Bernard Dewulf

(het is gedichtendag vandaag)

2008
2007
2006
2005