Dat ge de eerste weken uw kindje moet leren kennen, dat zeggen De Mensen met Ervaring. En De Boekskes. Een week geleden dacht ik: fuk leren kennen, ik probeer gewoon het volgende uur heelhuids door te komen en dan zien we wel weer. En dat was op goede momenten, meestal dacht ik: mijn leven is voorbij, ik ga mij nooit meer goed voelen en hoe ga ik dat kind ooit gelukkig kunnen maken. Ik zeg u, de loopgraven van mijn kraamtijd, het was geen fraai zicht bij momenten. Maar zoals dat placht te gaan in het leven: ook dat gaat voorbij.
En morgen is Mira twee weken, alreeds. En we leren het kindje kennen, zo langzaam aan. Gelijk ze zeggen in de boekskes. Dat ze alert is en graag rondkijkt hebben we geleerd, bijvoorbeeld. En dat ge na een tijdje rondkijken haar moet afschermen en doen slapen, want anders wordt ze overgeprikkeld en dan wordt ze zeer lastig en wil ze niet meer slapen. Niet. Echt niet.
Dat ze best een vrolijke en contente baby is, ook. Behalve als ze haar zin niet krijgt, of het gaat niet rap genoeg naar haar goesting, dat ze dan gigantisch koleriek is.
En dat ze heeft graag dat er aan haar gefutseld wordt: verversen en van die zalfkes en zelfs de navel verzorgen met alcohol…allemaal dikke fun.
En dat ze is vreselijk gulzig is en altijd kan eten. Serieus: altijd. Drie uur is het absolute maximum tussen twee voedingen en aan het begin van een voeding gedraagt ze zich steevast alsof ze vijf dagen niet heeft gegeten. Als de kinderbescherming haar dan zou zien, ze zouden denken dat we het kind verwaarlozen. The drama!
Voor de rest doen we wat elk vers ouderkoppel doet, waarschijnlijk: we nemen stap na mijlpaal na grens. Gisteren met de baby in de kinderwagen geluncht buitenshuis. Vandaag ben ik alleen om boodschappen geweest en heb ik haar even bij mijn lief gelaten. En ik heb maar één keer gebeld onderweg om te vragen of alles ok was. Little baby steps, peoples.