Het kindje stelt het goed, dank u. De mevrouw van Kind en Gezin kwam op bezoek, en ze zit boven haar geboortegewicht — Mira, niet de mevrouw van Kind en Gezin. Allez, die zit ook boven haar geboortegewicht, maar het zou belachelijk zijn daar over te schrijven.
Aniehoew. Ik was zowaar trots op mijn dochter omdat ze zo goed verdikt. Ondertussen ploeteren wij wat verder, een stapje tegelijk. En heb ik af en toe tijd om iets te schrijven. Of over te tikken, zoals volgend stukje, ergens tijdens mijn verblijf in de babyfabriek in mijn Moleskine gekribbeld.
Ik ben aan mysterie in relaties, ik. Er zijn grenzen aan intimiteit, hoe graag ge elkaar ook ziet. Ik wil niet weten hoe zijn nagels geknipt geraken, ik wil niet in de douche terwijl hij op het toilet zit. Omgekeerd heeft mijn lief geen zaken met alle meisjestoestanden die ik achter een gesloten badkamerdeur uitvoer. Voor zover hij weet ben ik zonder werk altijd zo proper en glad en ruik ik vanzelven naar zachte bodylotion. Om maar te zeggen.
En dan. Dames en heren: een bevalling. Met keizersnede. En een kraamtijd in elkaars gezelschap. Het — hoe zal ik het zeggen — tilt uw relatie naar een ietwat ander niveau. Wie ooit een kind gekregen heeft weet vast wat ik bedoel. Voor al de rest, en zonder te plastisch te worden: als de verpleegster binnenkomt met een kan en een bedpan en de woorden “eens spoelen” gebruikt, terwijl ge daar ligt met uw flubietkousen aan, dan krimpt de vrouw in u ineen, echt waar. Met al dat kloven en stuwen en wondverzorgen: de grenzen van de intimiteit worden uiterst brutaal afgetast hier.
En zo zijn er de laatste dagen honderden momenten geweest. Ge leert dat loslaten, dat is evident, ge kunt niet anders. Maar toch, ik vraag mij dan af waar dat allemaal moet eindigen.
On a brighter note: ik heb opnieuw een taille, een putteke als navel, ik heb maar een keer of vijf gebleit en ik heb tijd gehad om mijn haar te wassen daarnet. Ik ben gewoon kei-aantrekkelijk, alweer.