Vandaag zal mij bijblijven als de dag waarop ik gillend de media-markt uitliep en half hyperventilerend in mijn auto vluchtte. Ik had nochtans haast al mijn inkopen, netjes in een mandje. Het was niet gemakkelijk geweest, maar ik had doorgebeten. Ruziemakend koppel genegeerd. Mijzelf drie keer laten voorbijsteken bij het aanspreken der verkoopsmens. Vijf porren in ribben ontvangen, twee keer gestruikeld over kleuter. Weggedrumd geweest bij de CDs. Nog eens bij de DVDs. Gedaan alsof ik niet bijna een epilepsie-aanval kreeg van al dat geflikker en gebliep rondom mij.
Maar toen ik aan de kassa stond, en de dame achter mij het nodig vond om haar koter toe te staan de spullen uit andere mensen hun mandje te nemen en in een willekeurig ander mandje te leggen, toen was het gelijk genoeg. Vooral omdat ze behalve “zoeteke, gij zijt toch nen kapoen” zeggen niks deed.
Ik heb mijn mand laten staan en ben naar de “uitgang zonder inkopen” gelopen. Het was dat of dat mens de strot overbijten, en dan was zoeteke een weesje geweest nu.
Nieuwe poging gepland voor een weekdag omstreeks 10h.