Mieren. Die rotbeesten zitten gewoon overal in huis, de laatste twee weken. Dat komt volgens mij door de opwarming van het klimaat. Ik weet niet hoe precies, maar tegenwoordig is alles wat een mens irriteert aan de natuur de schuld van de global warming. Ik zeg u: het broeikaseffect is de neger van de 21ste eeuw.
Goed, de mieren zitten enkel op de benedenverdieping voorlopig, en ik hoop dat dat komt omdat ze de trap niet opkunnen met hun korte poten en hun roste knieën, maar ik betwijfel het eerlijk gezegd. Ik mag het niet gedroomd hebben dat ze binnen een paar dagen ook boven zitten. In mijn bed en in mijn kleren. Een vooruitzicht dat mij in eerlijk gezegd met een vleugje paniek vervult. Of tenminste een licht oncomfortabel gevoel geeft. Die laatste zin klinkt alsof ik het heb over inlegkruisjes, maar het gaat dus wel degelijk nog steeds over mieren.
Zo. Mieren en een referentie naar uw onderbroek slinks in één zin gepleurd. Licht oncomfortabel gevoel, voor u geïllustreerd zie.
Terwijl ik deze eerste alinea heb getikt (1 minuut), heb ik er al drie weggeveegd. Drie. Dat is om de twintig seconden één, voor het geval u nu snel naar uw gsm zoekt om dat uit te rekenen.
Vieze beesten zijn het, met het irritant gefriemel en geniepig verschijnen uit hoekjes en gaatjes die ik met mijn lomp oog niet kan zien. Laf is dat. En die arrogantie. Oh Oh, wij zijn klein en wij kunnen overal tussenkruipen, haha. Vuile smeerlapkes. Het lijkt bovendien alsof ze zichzelf ergens in onze spouwmuur laboratoriumsgewijs aan het klonen zijn, want voor elk bruin monster dat ik platduw, verschijnen er twee andere.
En ja, ik kan zo van die spuitbussen kopen, maar wij zijn nogal voor het milieu hier thuis, dus liever niet. En die lokdozen: dat ziet er allemaal heel proper uit, maar als ge zoals ons een stoere kat rondlopen die al eens nieuwsgierig durft lekken aan rondslingerende dingen en die bovendien een vermoedelijk verleden van vergiftigingheeft, dan lijkt dat opeens niet zo’n super-optie.
Tips, iemand?