Bij hem heet het GWP, bij mij creastage. Het betekent alleszins met een bende onstuimige jonge wolven naar een jeugdcentrum trekken en daar werken rond zaken waar je binnen de gewone schooluren en -muren niet toekomt.
Verschil met hem: bij mij zijn ze volwassen en meerderjarig, dus er zijn eigenlijk weinig regels. Er is geen bedtijd (wel een ontbijtuur), en er is een bar waar de wolven doen wat ze willen.
Collega B. en ikzelf hebben de laatste glazen afgewassen om 3 uur deze nacht. Daarna heb ik nog een uur geluisterd naar het dronken gebral van de andere groep in het centrum, vlak onder mijn raam. Om vervolgens om zeven uur alweer gewekt te worden door de eerste trippelende voeten door te gang, op weg naar het –gemeenschappelijk– toilet.
Het hoeft niet gezegd dat de ochtend niet alleen ijskoud maar ook veel te vroeg bleek. Bij mij was er niks aan de hand dat een paar koppen sterke koffie niet kan genezen, maar dat was duidelijk niet bij iedereen het geval.
Ondertussen ben ik terug thuis, in de rust en redelijk uitgeteld. 96 stuks jong geweld, dat gaat niet in je koude kleren zitten.