Morgen is mijn vakantie officieel gedaan. Hoewel ik de laatste weken al ijverig aan het werk ben (ja, ik ben een streber, en dan?) moet ik morgen voor het eerst terug naar de campus. En dan begint het nieuwe werkjaar. Of neen: morgen begint de laatste stuiptrekking van het oude academiejaar. Tweede zit, jawel. Het is best spannend, want aangezien voor tweede zit niet van tevoren ingeschreven wordt, weet ik niet of ik uberhaupt wel studenten zal hebben die geëxamineerd willen worden. Morgen om 8.15h zit ik dus in een lokaal, met mijn fiches, puntenlijst en examenbestanden. En dan zien we wel of er iemand opdaagt.
Anyhoew. Ik moet u niet vertellen dat ik — zoals iedereen — een beetje neerslachtig word van de voorbijgevlogen vakantie. Want hoewel ik meer verlof heb dan de meesten (sinds 9 juli thuis, en minus de twee weken dat ik nu al thuis heb gewerkt is dat toch nog 4 volle weken vakantie), is het alsof die periode als een knippering van mijn ogen is voorbijgegaan.
De eerste week was ons hele leven op sluizeken-ham inpakken en het nieuwe huis verhuisklaar maken, de tweede en de derde week was ons hele leven opnieuw uitpakken en ordenen op de Brugse Poort, de vierde week was schilderen, de vijfde week kwam er een nieuw dak op ons huis en in de zesde week begonnen we de zolder af te breken. En hup, voorbij.
Productief? ja.
Vakantiestemming? Nauwelijks eigenlijk, een paar mooie dagen overgoten met zon en fijn gezelschap niet meegerekend. Ik denk dat het dat niet op reis gaan is, dat het hem doet. En als ik de eerste versie van mijn lief zijn speellijst bekijk, zit er niet veel reis in, dit jaar. Oh well. We zullen dan eens een nieuwe keuken kiezen in de plaats, zekers?