Year: 2006

eten mediagedoe

SOS Piet.

Wat ik wijs vind aan SOS Piet:
– als hij geklopte eiwitten omgekeerd boven zijn hoofd houdt (ja Lien, ik heb het gezien van deze keer)
– als hij zegt: moa rebecca, wa doedegij nu?
– als hij luidop en zeer gemeen begint te lachen met de mensen
– als hij zijn wenkbrauwen optrekt naar de camera terwijl zijn SOS-meneer of -mevrouw uitlegt hoe zij iets maken.

En ook wel een beetje dat ik er vaak iets van leer, natuurlijk…

internet Van een ander

Waarom?

Het waarom van het webloggen, daar gaat het de laatste dagen over in de “blogosfeer” (spreek uit met stiff upper lip, inderdaad). En over klasseren ook, maar daarover zal ik één dezer wel eens een boom opzetten.
Waarom? Nico doet van plakboekske, Lief ook. Michel toont graag dingen aan de mensen.

Mijn reden is eenvoudig: ik heb een dwangmatige neiging om dingen op te schrijven. Altijd al gehad. Bovendien heb ik ook de dwangmatige neiging om alles wat ik opschrijf bij te houden. Dozen vol dagboeken, mapjes met verhalen en gedichten, schriftjes vol zinnen overgeschreven uit boeken, mooie woorden,….
En brieven natuurlijk. Er is de klasseur met klasconversaties met vriendin k.. Er is een schoendoos propvol brieven van Ketnet, uit het eerste jaar aan den unief (we zaten begod hele dagen tesaam op café, en toch iedere dag zekers één brief). Er is een speelgoedbak vol brieven van andere vriendjes en vriendinnen. Hartverscheurende bekentenissen over hoe zwaar ons leven wel was (ja, klijn, het gaat over u), liefdesbrieven, pagina-lange epistels en korte kattebelletjes. En faxen: er is een doos vol faxen verstuurd uit het eerste jaar regentaat. Brieven van en naar vriendin B., die toen in Bornem vertoefde en van en naar de Jos, die studeerde in Parijs.

Toen de wereld digitaal werd, is een deel van de brieven vervangen door mailtjes (die ik trouwens ook allemaal fanatiek bijhoud) en een deel van de schriftjes door bestanden op de computer (“Mooie dingen voor de mensen.doc”, “woorden.doc”, “zo triest.doc”). Dat is toch al een jaar of vijf zo.

En toen wilde ik html leren en deed ik dat met een skynetblog. En toen begon ik daar dingen op te schrijven, want daar dient dat voor en ik zit nu eenmaal met die drang. En toen begonnen we met het project en las iedereen opeens over kerygma in de gazet. En toen lazen mensen die me kennen opeens dit weblog: mijn ouders, mijn familie, de vrienden die ik niet zo vaak meer zie, de ex-collega’s. En zo lijkt het nu een beetje alsof ik hier brieven schrijf naar al die mensen tegelijk. Dat is best handig: iedereen weet min of meer hoe het gaat en wat er aan de hand is in mijn leven. En dat scheelt een eind small talk als ge de mensen terugziet.

projecten regiolect

woordenboek (3)

Gegeten en gedronken hebben.

Wordt gebruikt in de betekenis “dan heb je het wel gehad”, zowel voor situaties als voor personen. De uitdrukking heeft een heel negatieve bijklank: het gaat over onaangename dingen, over zaken die een mens niet echt vrolijk en monter maken. Je hebt er je buik van vol, het moet niet meer dan dat zijn.

De eerste dag van de solden in ‘t stad, dat is voor zot te worden. Als ge daar nen halven dag hebt rondgelopen hebde gegeten en gedronken.

of, over mensen:

Amai, zo snakken en bijten dat ze deed. Ik had subiet gegeten en gedronken.

Over het woordenboekproject: klik.
Merci aan Lien en de mama van Michel voor de bevestiging…

Ja!

Het métier.

Gister, op het optreden van lief:
– Het jeugdhuis was piepklein
– Om de tien minuten passeerde er naast het raam een TGV
– Voor belichting had men een paar dansvloerspots van filter ontdaan en naar het podium gericht
– De boxen gingen kapot toen lief wou beginnen, dus moest hij onversterkt spelen
– Na een kwartier zakte het podium in elkaar, dus speelde hij op de grond verder

En toch, lieve lezertjes, gaf hij één van de meest kick-ass optredens die ik hem al zien geven heb. En dan denk ik de hele tijd, met een trotse grijns rond mijn lippen: dat is *mijn* liefke.

En al Ja!

Ontroerd.

In dezelfde mate als ik boos ben over de schietpartij in Antwerpen, heb ik gisteren doorgebracht in een welhaast permanente staat van ontroering over zoveel idealisme en liefde voor de wereld. De locatie: op De Theaterbom in de Brugse Poort. Allemaal gratis, allemaal op locaties in de buurt en allemaal mensen die voor niets optreden.

Ik meen het oprecht: ik heb die avond zeker tien keer gedacht “zie ons hier nu zitten. Het komt allemaal wel goed als er nog zo’n mensen zijn”. Toen ik naar Katrien Pierlet ging kijken, bijvoorbeeld, die een kinderstuk speelde in de keuken van de Kinderplaneet, voor een bende kindjes die daar aangewaaid waren. En toen ik een uur later ‘Bij De vieze gasten aan den toog zat met dezelfde Katrien en we twee Slovaakse jongedames Spaans aan het leren waren (Amores Perros! Todo Sobre Mi Madre! Hable con ella!). En toen we een uurtje daarna mochten plaats nemen in de garage van de fantastische Francine voor een stuk van Eva Binon. Hoe Francine de poort dan dichtdeed, Eva een paar ikea-nachtlampjes aanstak en vertelde. En ik dacht het weer toen Francine een half uur later, na afloop dus, stond te schreien van ontroering (“amaar Evaatje, zo schoon, kind”) en er op stond dat we allemaal een glazeken zouden drinken. Ik dacht het ook toen ik kort nadien in het waskot van Francine schuimwijn aan het uitgieten was voor de mensen, in limonadeglazen, want de andere waren al op.
En nog een keer toen we een uur later in de living van andere mensen naar een pianoconcert zaten te luisteren. En nog een keer toen we veel later dan verwacht naar de bushalte slenterden op weg naar huis. Geluk was heel tastbaar op dat moment.

Mag ik u het festival bij deze nogmaals aanbevelen? Het is goed voor het hart, dat wordt er helemaal warm van.