Month: February 2006

Ja!

Zucht.

I hurt myself today
to see if I still feel
I focus on the pain
the only thing that’s real
the needle tears a hole
the old familiar sting
try to kill it all away
but I remember everything
what have I become?
my sweetest friend
everyone I know
goes away in the end
and you could have it all
my empire of dirt

I will let you down
I will make you hurt

I wear this crown of thorns
upon my liar’s chair
full of broken thoughts
I cannot repair
beneath the stains of time
the feelings disappear
you are someone else
I am still right here

what have I become?
my sweetest friend
everyone I know
goes away in the end
and you could have it all
my empire of dirt

I will let you down
I will make you hurt

if I could start again
a million miles away
I would keep myself
I would find a way

projecten

Jeej for us!

Gentblogt bestaat vandaag 1 jaar. Feest, champagne en kaviaar!
Oftewel: iets wat we nog niet mogen zeggen, volgende vrijdag…

Er werd ons gevraagd naar onze hoogtepunten, op Gentblogt-vlak, in dit eerste jaar. En nu krijgt u natuurlijk mijn bijdrage op uw boterham.

Artikelsgewijs zijn er een aantal zaken die onmiddellijk in mijn hoofd opkomen. Het snelsnel foto’s nemen van de tram die voor mijn appartement een erreurke had, de Gentse Feesten die we probeerden coveren met een paar redacteurs, wat een hopeloze zaak was (Van Bluenote naar straatheater via Sint-Jacobs naar de Korenmarkt en dan natuurlijk eindigen op de Vlasmarkt. De termen “stoffer en blik” en “veegt u i. maar samen” waren zeer toepasselijk na deze tien dagen.). Verder: het genre opera dat ik eindelijk heb ontdekt () en de uit de hand gelopen CD-voorstelling van Absynthe Minded, samen met Lena (de volgende dag moesten we noodgedwongen allebei verstek laten op het werk. Allemaal de schuld van onze mannen, zeg ik u.). De samenwerkingen vond ik ook altijd heel tof: met Hendrik naar de Ramadan, met Bruno naar Bluenote, met Michel naar de Comedy Zone,…

Mijn “favorieten” opsommen vind ik echter bijzonder moeilijk. Het waren er zo veel en er is zo veel gebeurd. Gisteren een jaar geleden hadden we tot elf uur aan een tiental schrijvers uitgelegd wat bloggen eigenlijk was. Vandaag een jaar geleden stond het internet vol met ons project, stond het in alle kranten en hadden we opeens een hele hoop bezoekers. De bezoekersaantallen stegen gestaag en we merkten dat een hoop mensen dagelijks (of meermaals per dag) terugkwamen. Fijn was dat.
In dat jaar kwamen er een heleboel schrijvers bij, vielen er een aantal af maar waren er vooral veel mensen die zich engageerden om hun schouders onder dit project te zetten. We evolueerden van een los groepje naar een hechte bende die bijzonder sterk aan elkaar hangt en waar ik met veel plezier deel van uitmaak. Elk redactielid is het project zo genegen, iedereen werkt er zo hard aan en iedereen heeft er zo’n grote meningen over dat het een genot is om naar te kijken. Het geeft mij geloof in het feit dat er wel degelijk zoiets bestaat als engagement, sociale samenhang en belangeloze inzet. En leute maken zonder dat er geld aan moet verdiend worden.
En *dat* vind ik persoonlijk het beste wat het afgelopen jaar gebeurd is.

Uw mening? Geef ons uw favorieten op deze pagina.

En al

Wer bestu bleven?

Het zou ons jubileum worden vandaag. Vijf jaar. Maar het heeft niet mogen zijn: net nu, net op deze symbolische vijfde keer, is het ergens fout gelopen. Ik staar naar mijn scherm en vraag me af wat.

Ik weet niet wie hij is.
In 2002 vond ik op 14 februari vroeg in de ochtend de eerste e-card in mijn mailbox. Verstuurd even na middernacht en met de mededeling dat hij me veel liefs toewenste en hoopte dat ik een fijne dag had, valentijnsgewijs. Geen naam.
Toen het toenmalige lief van niets bleek te weten gingen we er meteen vanuit dat Ketnet en de zijnen achter deze grap zaten. Hadden wij hen niet een aantal jaar daarvoor betrapt op het uithalen van smerige truken met het emailadres geheime_aanbidder@hotmail.com? Dit heerschap ontkende echter in alle toonaarden, en zijn ontkenning leek ons oprecht. Vooral omdat deze meneer normaal gezien zijn lach niet kan inhouden als hij met zijn eigen fratsen wordt geconfronteerd.

Er bleef slechts één conclusie mogelijk: iemand, daar in de grote boze wereld, werd verteerd door verzengende en vurige liefde voor mijn persoon. Een man? Een vrouw? Ik koos ervoor te veronderstellen dat het een man was, maar dat zal wel mijn eigen hetero-projectie wezen.
Aniehoew. Die valentijnsdag en de daarop volgende dagen spendeerde ik, samen met een aantal vertrouwelingen, aan de bijzonder fijne activiteit van het “visjes uitgooien”. Ik gooide de zin uit de e-kaart heel casual in een gesprek en bestudeerde nauwgezet de reacties van mijn gesprekspartner. Mijn vriendinnen brachten het topic “anonieme aanbidders” zeer toevallig ter sprake en noteerden alle antwoorden en zinssnedes van de geobserveerden.
Het was allemaal heel spannend en very Agatha Christi, maar het leverde jammer genoeg niets op. De mysterieuze kaart verdween naar de achtergrond en het echte leven ging door.

In 2003 vond ik de tweede kaart in mijn mailbox. Verzonden vanop dezelfde site, opnieuw even na middernacht en met dezelfde wensen eraan toegevoegd.
De zoektocht werd met goede moed hervat, maar moest een paar weken later opnieuw gestaakt worden. Wegens dat het ons beu was, vooral.

In 2004 volgde de derde kaart, volgens het inmiddels bekende scenario. Ik beperkte mij tot glimlachen om zoveel volhardendheid.
In september 2004 schakelde ik over van hotmail naar gmail, en de kaart van 2005 kwam netjes in mijn gmail-box terecht. De aanbidder kent mij dus, zoveel is duidelijk. Ook deze keer ging ik niet op zoek. Sommige slapende honden maakt een mens beter niet wakker.
Goed voor het ego is het wel natuurlijk.

Deze ochtend was mijn ego dan ook helemaal klaar om zich voor het vijfde jaar op rij gestreeld te weten.
*….*
Niets. Mails van Gentblogt. Mails van het werk. Maar geen mail van de e-cardsite.
Geen “Valentijnsgewijs een bijzonder fijne dag gewenst! Veel liefs.”

Ik hoef u waarschijnlijk niet te zeggen dat ik valentijnsgewijs een beetje gekrenkt ben. Ik bedoel: ik hoef geen ander lief wegens perfect tevreden met het huidige, maar dat wil daarom nog niet zeggen dat de rest van de wereld niet meer in blinde aanbidding aan mijn voeten moet liggen é. Dat is gewoon grof!
Om nog maar te zwijgen van de deuk in de carosserie van mijn zelfvertrouwen. En dat net nu ik gestopt ben met roken.

Zo. Dus. Beste aanbidder-mens, het is nu half vier. Dat betekent dat u nog even de tijd hebt om mij anoniem en valentijnsgewijs een aangename dag toe te wensen. Met liefs als besluit en een grappige cartoon ernaast.

Ik heb nog steeds hetzelfde adres als vorig jaar.

U weet wat u te doen staat.

projecten

Vic-to-ry.

Ik wil efkes, volledig stoeferig en met een ongelooflijk dikke nek, vertellen dat ik dus vandaag een maand gestopt ben met roken é maat.

ha!

*maakt V-teken en steekt armen in de lucht*

internet

Veilig surfen en kinderen.

Ik las net bij Pietel dat hij research aan het doen is over kinderen en veilig surfen.
Hij vermeldt daarbij een artikel uit Klasse en geeft een aantal tips om uw koters veilig te houden op het grote web.
Hij zegt ook dat hij eens bij Michel zal horen wat zijn opinie over het onderwerp is. Wel nu, Pietel: Michel heeft zich daar een tijdje geleden eens flink druk over gemaakt.
Ik kan mij trouwens best vinden in Michel’s mening over het demoniseren van het grote web. Het is m.i. niet alsof het internet *het* grote gevaar is en het is niet alsof uw kinderen voorzichtiger moeten zijn op het web dan in het echte leven.
Ook niet minder voorzichtig, dat spreekt voor zich. Maar ik bedoel: als ge uw kinders leert dat ze op straat niet mogen meegaan met vreemde mensen, dan kunt ge hen toch meteen leren dat die regeltjes ook in de virtuele realiteit gelden?

Met lijstjes zoals dat in Klasse, en dat in de Clickx van een tijd geleden nog meer trouwens, kweek je twee te vermijden fenomenen:
1. Een generatie ouders die argwanend staan tegenover IT en het internet en er zo weinig mogelijk mee te maken willen hebben. Ze schermen hun kinderen af tegen dat grote monster dat ze wantrouwen. Waar een mens afkerig tegenover staat, leert hij niet kennen. Wat hij niet kent, kan hij niet inschatten. en is een correcte inschatting van de feiten niet precies wat we nodig hebben hier?
2. Een generatie kinderen die het internet als een verboden vrucht zien, waar veel meer interessants opstaat dan hen verteld wordt. Wat niet mag, dat is aantrekkelijk. En het onbekende is spannend. Als zo’n kind dan opeens voorbij je zorgvuldig ingestelde firewall komt (en dat zal dat kind op een dag lukken, daar kunt u vanop aan), dan geeft dat volgens mij een soortgelijk effect als wat ik tijdens mijn studentenjaren heb gezien: jongedames die altijd kort gehouden worden van thuis en onder geen beding naar de jeugdbeweging of naar een fuif in het dorp mogen. En die dan ineens op tunief komen en alle vrijheid krijgen, waardoor ze na enkele weken ladderzat op overpoorttafels staan te dansen, onderwijl tongen draaiend met alles wat in hun buurt komt en er een beetje uitziet als een manmens.

Een te vermijden situatie, me dunkt.

Update: Steven vertelt uit ervaring.